Peter Windsor werkte in 1991 en 1992 als teammanager van Williams nauw samen met topontwerper Adrian Newey, en de analist is in een exclusief interview met F1Maximaal dieper ingegaan op de werkwijze van Newey, waarbij Windsor ook aandacht besteedde aan de RB20, waarmee Max Verstappen de eerste twee Grands Prix van het seizoen won.
Windsor spreekt uiteraard vol lof over de man waarmee hij bij Williams samenwerkte, en zo in 1992 de beide titels veroverde, maar de analist en journalist geeft ook aan dat er misschien wat misverstanden bestaan over Newey. 'Ik weet niet wat de lezers van Adrian Newey denken, of hoe ze zijn werkwijze voor zich zien, maar het algemene beeld is volgens mij dat hij een enorm genie is, en hij met deze ideeën komt aanzetten in de windtunnel, en dat het allemaal op magische wijze werkt', vermoedt Windsor.
'Dat is natuurlijk niet de realiteit', verduidelijkt Windsor. 'Hij is natuurlijk een genie, absoluut, maar hij is iemand die heel hard werkt en constant nadenkt. Hij is iemand die niet bang is om inspiratie uit andere auto's te halen, en die boven alles logica gebruikt om vooruitgang te boeken, of beter gezegd: race-logica.'
Windsor bestudeert de RB20
De 71-jarige ziet die werkmethode ook terug bij de RB20. 'Wat we bij de 2024-auto van Red Bull zien, is dat hij de luchtstromingen zo duidelijk en onbelemmerd mogelijk wil houden, en zo efficiënt mogelijk wil zijn aan de achterkant van de auto', meent Windsor. 'Daarom heeft hij naar de achterkant van de auto gekeken, om te zoeken naar manieren om wat extra ruimte vrij te krijgen, door een radiator of intercooler te verschuiven, of in twee kleinere radiatoren op te splitsen. Hij heeft elke denkbare ruimte gekregen om de achterkant van de auto opnieuw in te delen, om zo de luchtstroming te verbeteren.'
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Newey is de rest te slim af
'Op zichzelf is dat niet zo radicaal of innovatief', oordeelt Windsor over de gesplitste radiatoren. Het geeft volgens Windsor vooral aan hoe Newey iets heel complex toch eenvoudig kan houden. 'Het is een klassiek voorbeeld van hoe hij een stap verder is dan de rest. Iedereen denkt dat ze de aerodynamica goed voor elkaar hebben, maar: wauw', zegt Windsor over de RB20. 'Om nu alles onder het bodywork opnieuw aan te pakken, en zo de aerodynamica te verbeteren... Zo'n stap zou de rest niet zetten, maar Adrian is altijd dat stapje verder dan de rest.'
'Als je halverwege 2023 had gevraagd waar Newey voor 2024 aan zat te denken, was het lastig geweest om te zeggen hoe je de RB19 nog kunt verbeteren.' De RB19 won namelijk 21 van de 22 Grands Prix. 'Hij heeft echter logisch nagedacht, en op die manier heeft hij verbeterd wat hij al had, maar daarvoor moest hij wel de indeling van de auto opnieuw aanpakken', zo wijst Windsor op de verschillende koelingsinlaten, die nu over de auto verspreid zijn. 'Alle lof voor hem.'
Mercedes slaat de plank mis
Bij de RB20 lijkt enige inspiratie gehaald te zijn uit de Mercedes-bolides van de afgelopen jaren. 'Bij Mercedes kun je je afvragen waarom ze dit niet aan het einde van 2022 gedaan hebben, maar ze hadden dat concept al deels opgegeven. Het grootste probleem van het zeropod-concept, met veel neerwaartse druk, was dat het zwaartepunt vrij hoog lag met veel brandstof aan boord', weet Windsor te melden. 'Dat vormt in de basis al een mechanisch nadeel. Op een gegeven moment heeft de aerodynamische afdeling de mechanische afdeling overruled, en gezegd dat het zo'n aerodynamisch voordeel op zou leveren dat het geen probleem zou zijn.'
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Mercedes hield volgens Windsor vooral ook te lang vast aan een concept dat niet werkte. 'Je zou verwachten, dat ze aan het einde van 2022, toen de meeste volgers wel doorhadden dat dit een probleem was, dat ze het roer om zouden gooien, maar dat deden ze niet', zegt de Brit vol verbazing. 'Ze hielden eraan vast in 2023, dat is het bizarre. Bij een team dat zo groot is als Mercedes, is het gek dat ze met zoveel knappe koppen en belangrijke mannen aan boord, en met zoveel personeel, toch vasthielden aan dat concept. Nu hebben ze dat twaalf maanden later alsnog gedaan.' Daarmee loopt Mercedes nu achter in de ontwikkeling, en staat het momenteel slechts vierde in de stand.
Newey plant vooruit
Windsor denkt dat Newey nu het roer nog heeft omgegooid met het oog op de toekomst. 'Ik denk dat Adrian al aan 2026 aan het denken is. Dat is onder de aanname dat hij daar dan nog werkt, maar daar ga ik wel vanuit. In 2026 hebben we vijftig procent elektrificatie, en dat is een enorme verandering', weet Windsor, die vermoedt dat Newey een basis voor de komende periode wilde leggen. 'Misschien denkt hij dat deze auto hem door de komende twee seizoenen heen zal loodsen, en dat hij nu alleen de luchtstroming wat hoeft te verfijnen. Ik kan me niet voorstellen dat hij tussen nu en 2025 nog iets radicaals zal doen, maar misschien kan hij hier en daar wat opnieuw indelen, en kan hij daarmee nog wat meer gewicht besparen richting 2025. Ik denk dat dit wel een rol heeft gespeeld.'
'De Formule 1 is nu absoluut meer een chassis-formule geworden', zegt Windsor over de vergelijking met de periode van 2014, toen Mercedes met de power unit het verschil maakte. 'Het is niet zozeer een Newey-formule nu, maar wel een reglement dat de tekortkomingen van veel andere engineers en ontwerpteams heeft blootgelegd. Adrian heeft gewoon goed werk geleverd, logisch nagedacht, en alles goed gedaan. Hij heeft niks radicaals gedaan', aldus Windsor. 'Hij heeft vooral gezorgd dat de auto vanaf de eerste dag niet te veel last had van porpoising, en dat hij invloed had op de luchtstroming en vervolgens is hij alle aspecten van de auto gaan verfijnen.'
Concurrentie verzaakt
Windsor kent Newey goed, en lacht dat Newey zelf niet bijzonder onder de indruk zal zijn van zijn eigen werk. 'Ik weet haast zeker dat hij zelf niet vindt dat er veel magische trucjes in het ontwerp zitten. Hij zal denken: ik heb gewoon mijn werk gedaan. Hij zal zich misschien afvragen: waarom is mijn auto zo goed vergeleken met alle andere auto's? Dat is vooral ook omdat alle anderen slecht werk geleverd hebben. De meeste ontwerpteams zijn rond nieuwe, vrij jonge engineers opgebouwd, die niet helemaal goed nagedacht hebben over alle problemen en aspecten die komen kijken bij het grondeffect.'
'Dat is een beetje dom, want alle data was gewoon beschikbaar, en veel mensen uit dat tijdperk zijn nog onder ons', zo vertelt Windsor over de jaren tachtig, waarbij de teams ook al de strijd met porpoising aangingen. Extra bijzonder dus, dat veel teams verrast werden door het fenomeen. 'Het laat een zekere mate van arrogantie zien van de andere teams, omdat ze geen engineers geraadpleegd hebben die wisten hoe je met het grondeffect moest omgaan.'
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
'De enige uitzondering daarop is misschien Ferrari, want zij hebben wel het advies van Rory Byrne (de succesontwerper van Ferrari in het Schumacher-tijdperk, red.) gezocht. De rest heeft niet verder gekeken dan hun eigen ego's', zegt Windsor. Ferrari kwam in 2022, ondanks een stuiterende auto, dan ook sterk uit de startblokken.
Newey vooral een harde werker
Newey is volgens Windsor ook veelzijdiger dan vaak gedacht wordt. 'Newey bekijkt het gewoon logisch. Mensen zien hem altijd als een aerodynamicus, en dat is hij natuurlijk ook, maar hij is in staat om een hele auto te ontwerpen. Dan heb ik het over het chassis én de motor. Elke Formule 1-engineer, die wat voorstelt, moet het idee hebben dat hij dit potentieel heeft, ook al houden ze zich maar met één aspect van de auto bezig.'
Hoewel Windsor het brein van Newey constant blijft prijzen, vindt Windsor het vooral ook belangrijk om te benadrukken dat de 65-jarige vooral zulk goed werk levert omdat hij er ook keihard voor werkt. 'Het heeft er ook mee te maken dat Newey old school is, en dan heb ik het er niet over dat hij vooral pen en papier gebruikt. In de laatste jaren, vooral na de coronapandemie, is er een trend - in de Formule 1, maar ook daarbuiten - om in de weekenden niet te werken als er geen raceweekend is, en om soms thuis te werken.'
'In de generatie van Adrian hoort dat niet thuis. Racers zoals Adrian denken alleen in 24/7. Hij is er, zo nodig, ook op een zondag buiten een raceweekend om, van negen uur 's ochtends, tot zes uur 's avonds. Waarom zou hij thuis willen werken als hij de hersenen van zijn collega's wil prikkelen, collega's die over specifieke onderwerpen meer weten dan Newey zelf?' vraagt Windsor zich af. 'Als engineers denken dat ze auto-onderdelen kunnen ontwerpen door thuis te werken, of door niet 24/7 met het werk bezig te zijn, dan zullen ze op achterstand komen op de sterkste. Dat is een zekerheid, zeker als die sterkste Adrian Newey heet.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties