Analyse interne teamduels | Deze topcoureur staat al 9-0 achter na negen kwalificatiedelen

Nu het 2023-seizoen drie races onderweg is, zijn de eerste indicaties binnen van de onderlinge verhoudingen bij de verschillende teams. Maar liefst zes coureursduo's strijden voor het eerst tegen elkaar. F1Maximaal dook in de data van de eerste drie raceweekenden en zocht uit welke interne teamduels nog onbeslist zijn, en welke coureurs weinig heel laten van hun stalgenoot.

Bij het vergelijken van beide coureurs binnen het team wordt niet alleen gekeken naar de prestaties in de races en de kwalificaties. Het eerste onderdeel waar de heren op beoordeeld worden, zijn de prestaties in de vrije trainingen. Met drie vrije trainingen per raceweekend hebben we tot nu toe negen trainingssessies gehad, waarbij gekeken wordt wie hoe vaak voor zijn teamgenoot eindigde.

Bij de kwalificaties worden de coureurs op twee punten beoordeeld. Ten eerste worden de onderlinge prestaties in de verschillende kwalificatiedelen vergeleken. In Australië was Nyck de Vries in Q1 bijvoorbeeld sneller dan Yuki Tsunoda, maar in Q2 was de Japanner zijn teamgenoot te snel af. Voor de Grand Prix van Australië levert dit beide coureurs dan één punt op. Daarnaast wordt een gemiddeld kwalificatieverschil tussen de beide teamgenoten weergegeven. Hierbij wordt enkel gekeken naar het laatste kwalificatiedeel waarin beide coureurs een competitieve tijd hebben neergezet. Als Alexander Albon dus wél Q2 haalt, maar Logan Sargeant niet, wordt het tijdsverschil uit Q1 gebruikt.

Vervolgens wordt naar de prestaties in de races gekeken. Hierbij wordt gekeken naar de classificaties in de verschillende races. In het geval van een uitvalbeurt van één van beide heren wordt enkel een beoordeling meegenomen als dit op basis van de race mogelijk is. Charles Leclerc viel bijvoorbeeld in de slotfase van de Grand Prix van Bahrein uit, toen hij duidelijk op weg was naar een beter resultaat dan teamgenoot Carlos Sainz. Daarom ontvangt Charles Leclerc dat punt alsnog. Soms is het nog niet duidelijk wie onderweg was naar een beter resultaat, dan wordt er geen punt uitgedeeld.

Het volgende item waarnaar gekeken wordt is de race pace van de coureurs. Hiervoor hebben we alle rondetijden van alle coureurs geanalyseerd. Om een eerlijke vergelijking te maken, kijken we per race naar de data van twintig ronden. De data van de snelste vijf ronden per coureur in de race is verwijderd, omdat dit pogingen tot snelste ronden kunnen zijn, en de langzaamste ronden zijn ook uit de dataset gehaald, totdat er dus twintig ronden per race overblijven. De langzamere ronden geven vaak geen realistisch beeld van de ware snelheid omdat een coureur vast kan zitten in het verkeer, en er safetycarperiodes en pitstops zijn die het geheel vertroebelen. Alsnog moet gezegd worden dat er verschillende factoren zijn die de data kunnen beïnvloeden. Zo kan een coureur met schade rondgereden hebben, of kunnen coureurs met verschillende strategieën op pad gestuurd zijn. In het geval van uitvalbeurten is voor de desbetreffende race geen data meegenomen. Ten slotte is het aantal behaalde kampioenschapspunten per coureur weergegeven.

10. Williams: Albon maakt indruk, maar pakt weinig punten

We werken onze weg vanaf de onderkant van de constructeursstand richting de voorkant van het startveld. Ondanks de goede snelheid die Williams regelmatig tentoonstelt, staat het Britse team vooralsnog toch laatste in de stand. Nicolas Latifi heeft het veld moeten ruimen en is vervangen door debutant Logan Sargeant. De Amerikaan heeft van de drie debutanten duidelijk het minst indrukwekkende CV weten op te bouwen, maar houdt zich tot nu toe goed staande in de Formule 1.

Uit de cijfers in Tabel 1 wordt echter wel duidelijk dat Alexander Albon op alle fronten nog de betere is. Sargeant is de enige coureur die het nog niet gelukt is om Q2 te halen, terwijl Albon in Australië zelfs een achtste plek scoorde in de kwalificatie. Het hoogtepunt van Sargeant was zijn snelle ronde in de kwalificatie voor de Grand Prix van Saoedi-Arabië, maar zijn tijd werd hem helaas ontnomen vanwege het overschrijden van de baanlimieten, waarna hij bij een nieuwe poging spinde en het rondje van teamgenoot Albon daarmee ook om zeep hielp. Aangezien Sargeant in deze kwalificatie geen competitieve rondetijd neer wist te zetten, is het kwalificatieverschil uit Saoedi-Arabië niet meegenomen in de data. In de twee andere kwalificatiesessies kwam de debutant een kleine vier tienden van een seconden tekort op zijn teamgenoot. In de vrije trainingen is Albon ook meestal de snellere geweest. De data van de tweede training in Melbourne ontbreekt omdat Sargeant niet aan deze sessie kon deelnemen.

In de races is Albon meestal ook voor zijn teamgenoot terug te vinden. In Bahrein scoorde Albon het enige punt dat Williams tot nu toe pakte. In Saoedi-Arabië reed Sargeant binnen DRS-afstand van zijn teamgenoot toen de remmen van Albon het begaven, dus dit onderlinge duel is als onbeslist beoordeeld. In Australië bevond Albon zich in een beduidend betere positie toen hij uitviel. Vanwege de twee uitvalbeurten van Albon is er bij Williams enkel een vergelijk mogelijk qua racesnelheid uit de Grand Prix van Bahrein. In dat geval kwam Sargeant minder dan een tiende van een seconde tekort op zijn teamgenoot, en ook in Saoedi-Arabië hield hij zijn Thaise teamgenoot goed bij. De cijfers zijn dus duidelijk in het voordeel van Albon, maar er zijn absoluut lichtpunten voor Sargeant te ontdekken.

9. AlphaTauri: De Vries moeizaam aan het seizoen begonnen

Een garagedeur verderop vinden we AlphaTauri terug, dat net als Williams voorlopig geen stapje omhoog heeft kunnen zetten in het constructeurskampioenschap. De verwachtingen in Faenza waren in de winter hooggespannen, maar voorlopig lijkt het zusterteam van Red Bull Racing de grootst mogelijke moeite te hebben om aansluiting te vinden bij het middenveld, zowel in de kwalificaties als in de races.

Yuki Tsunoda is voorlopig de enige van de twee coureurs die AlphaTauri hoop biedt op resultaten. De Japanner eindigde tweemaal als elfde en pakte in Australië het eerste en voorlopig enige punt voor het team. In de vrije trainingen is Tsunoda zijn Nederlandse teamgenoot haast altijd te snel af geweest. De Vries kon in Saoedi-Arabië niet deelnemen aan de laatste training vanwege een motorwissel, en in de eerste training in Melbourne was hij sneller dan Tsunoda, maar verder heeft de Fries het in elke trainingssessie moeten afleggen tegen Tsunoda.

Ook de cijfers uit de kwalificaties bieden geen rooskleurig beeld voor De Vries. Er lijkt wel meer in het vat te zitten, maar de Nederlander heeft het tot nu toe niet voor elkaar gekregen om het ideale rondje aan elkaar te knopen, waardoor het verschil groot uitvalt. In de openingskwalificatie was het verschil het grootste met een gat van ruim zeven tienden. De twee daaropvolgende races gaven een verschil van zo'n drie tienden per ronde. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat De Vries in Q1 in Australië voor het eerst sneller was dan Tsunoda.

In de races heeft De Vries het ook zwaar en is hij veelal in de achterhoede terug te vinden. Hij wordt hierbij natuurlijk niet geholpen door zijn zwakke kwalificaties. In Australië werd hij bovendien de dupe van een strategische teamblunder, waardoor hij lange tijd op een minder competitieve band in de rondte reed. Ook in Bahrein bleef De Vries op een oude set banden rondrijden, terwijl Tsunoda in de eindfase over verse banden beschikte. Het werkelijke snelheidsverschil zal dus kleiner zijn dan de cijfers hier aangeven, maar Tsunoda is wel duidelijk de snellere. De meest representatieve data komt waarschijnlijk uit Saoedi-Arabië, waar De Vries nog steeds 0,36 seconden per ronden moest toegeven.

8. Alfa Romeo: Het humeur van Bottas lijkt beter dan zijn prestaties

Alfa Romeo heeft er al seizoenenlang een handje van sterk te beginnen en steeds verder terug te zakken. In 2022 scoorde het in Zwitserland gehuisveste team 51 punten in de eerste seizoenshelft, om daar nog maar vier punten aan toe te voegen in de tweede seizoenshelft. De zes punten die Alfa Romeo tot dusver veiligstelde beloven dus weinig goeds, zeker aangezien het in de eerste race beduidend competitiever voor de dag kwam dan in de volgende races.

In 2022 eindigde Bottas nog ver voor teamgenoot Zhou, met 49 punten tegenover zes. De Chinees kampte echter met veel technische problemen in de openingsfase van het seizoen, en toen Zhou in de tweede seizoenshelft competitiever werd, kon datzelfde niet meer gezegd worden over zijn Alfa Romeo. In het huidige seizoen konden beide coureurs tot nu toe telkens de eindstreep bereiken, wat ons de kans biedt om beide heren beter te vergelijken.

De cijfers zijn opvallend negatief te noemen voor veteraan Bottas. De tienvoudig Grand Prix-winnaar moest regelmatig achter zijn teamgenoot aansluiten in de vrije trainingen; in Bahrein zelfs bij elke van de drie sessies. Op zich geen probleem, maar ook in de kwalificaties, voorheen toch duidelijk een sterkte van de Fin, kijkt Bottas voorlopig tegen een kleine achterstand aan. Zhou leidt het onderlinge duel met 2-1, en in de vijf kwalificatiedelen waarin beide coureurs actief waren, was Zhou ook driemaal de betere. Bottas was in Bahrein nog 0,03 seconden sneller, maar in de tweede en derde kwalificatie van het seizoen kwam hij twee tienden van een seconde tekort.

Ook in de races is Zhou tot nu toe de snellere geweest. In Bahrein was Bottas nog sneller, maar net als in de kwalificaties was Zhou beter in Saoedi-Arabië en Australië. Gelukkig voor Bottas wist hij in Bahrein het vooralsnog beste seizoensresultaat voor Alfa Romeo te pakken, maar als de huidige trend zich voortzet, moet hij vrezen dat Zhou hem ook in de coureursstand voorbijsnelt. Dit is namelijk de enige statistiek waarin Bottas beter scoort, maar uiteraard wel de belangrijkste.

7. Haas: Grootste onderlinge kwalificatieverschil

Na een dramatisch 2021-seizoen grepen Gene Haas en Günther Steiner in door oud-coureur Kevin Magnussen terug te halen nadat de Deen een jaar eerder zonder contract aan de zijlijn achterbleef. Die keuze wierp al snel zijn vruchten af, want Magnussen pakte met een vijfde plek in de openingsrace meteen een mooi resultaat. Haas zakte later in het seizoen in, maar Magnussen liet in Brazilië nogmaals van zich horen met een poleposition in wisselende omstandigheden. Teamgenoot Mick Schumacher viel vooral op vanwege zijn zware crashes, en werd dan ook vervangen door Nico Hülkenberg, die net als Magnussen aan de zijlijn had gestaan.

In de vrije trainingen geeft Hülkenberg Magnussen over het algemeen het nakijken. Alleen in Bahrein was Magnussen nog in twee van de drie sessies de betere, maar sindsdien is Hülkenberg altijd de snelste Haas-coureur geweest. In de kwalificaties zien we een vergelijkbaar patroon: de Duitser viel meteen op in Bahrein door met zijn Haas-bolide aan het laatste kwalificatiedeel deel te nemen, terwijl Magnussen al in Q1 afviel. Ook in Saoedi-Arabië en Australië was Hülkenberg zijn jongere teamgenoot zowel in Q1 als in Q2 te snel af. Daarmee staat het 5-0 voor de 35-jarige Hülkenberg in de kwalificatiesessies. Erger nog zijn de tijdsverschillen waar Magnussen tegenaan kijkt. In Saoedi-Arabië was het verschil 'slechts' twee tienden van een seconde, maar in de andere races liep het verschil op tot maar liefst zeven tienden, waardoor Magnussen de enige coureur is die gemiddeld meer dan een halve seconde tekort komt op zijn teamgenoot.

In de races ziet het er wat minder somber uit voor Magnussen, die in de eerste twee races nog voor Hülkenberg eindigde. In Bahrein had dat te maken met schade aan zijn VF-23. In Australië reed Hülkenberg echter een toprace, en was hij maar liefst zes tienden per ronde sneller dan zijn teamgenoot, die kleurloos in de rondte reed. Gemiddeld heeft Hülkenberg twee tienden marge op Magnussen, ondanks dat de Duitser drie jaar lang voornamelijk aan de zijlijn stond. Dat belooft weinig goeds voor Magnussen. Ook in de stand is Magnussen inmiddels ingehaald, nadat Hülkenberg als zevende eindigde in Australië. Mocht de progressie bij de herstart na de tweede rodevlagsituatie niet ongedaan gemaakt zijn, had 'de Hulk' zelfs zijn eerste podium kunnen behalen.

6. Alpine: De strijd om het kopmanschap ligt nog volledig open

Een team dat dit seizoen regelmatig heeft laten zien over voldoende snelheid te beschikken is Alpine, alleen het team blinkt vooralsnog uit in het missen van kansen. In de wintertests viel Alpine op door als enige team geen enkele poging te doen tot het neerzetten van snelle tijden, een keuze waar het na de openingsrace in Bahrein toch enigszins spijt van had. Sindsdien is Alpine steeds competitiever geworden, maar tot topresultaten heeft het nog niet geleid.

Afgelopen seizoen viel Alpine op met een bijzondere rol in het zogeheten silly season. Alpine wilde de 41-jarige Fernando Alonso slechts een éénjarig contract aanbieden, waarna de Spanjaard ervoor koos om naar Aston Martin te verhuizen. Vervolgens kondigde Alpine Oscar Piastri aan als tweede coureur, maar die vertrok naar McLaren. Uiteindelijk werd AlphaTauri-coureur Pierre Gasly binnengehaald om een compleet Frans coureursduo te vormen met Esteban Ocon. De beide enkelvoudige Grand Prix-winnaars ontlopen elkaar voorlopig weinig in de trainingen, met Gasly vijf keer als snelste van de twee en Ocon viermaal als betere.

In de kwalificaties heeft Ocon voorlopig duidelijk de overhand. Gasly debuteerde in Bahrein voor Alpine met een dramatische achterstand van ruim zeven tienden op Ocon, hierbij niet geholpen door een geschrapte rondetijd. Ook in Saoedi-Arabië kon Gasly in elk van de drie kwalificatiedelen niet tippen aan de snelheid van Ocon. Pas in Q2 in Australië was Gasly voor het eerst sneller; het valt voor de voormalige Red Bull-coureur te hopen dat dit een voorbode is voor meer goeds. Gemiddeld komt Gasly tot nu toe een kwartseconde per ronde tekort, al dateert dat verschil volledig uit de eerste race in Bahrein.

In de races doen de twee weinig voor elkaar onder. Uit Bahrein is geen vergelijk mogelijk, gezien de chaotische race die Ocon daar voor zijn DNF meemaakte. In Saoedi-Arabië reden de twee gelijke rondetijden, terwijl Gasly in Australië één tiende per ronde sneller was. Ook in punten staan Gasly en Ocon gelijk, dus het is te vroeg om echte conclusies te trekken. Het lijkt wel alsof het voordeel eerst bij Ocon lag en recentelijk meer richting Gasly gaat. In Australië was Gasly lange tijd op weg naar een topresultaat en kon hij zich zelfs met de Ferrari van Carlos Sainz meten, maar uiteindelijk eindigde Alpine puntloos nadat de beide coureurs elkaar uitschakelden.

5. McLaren: Norris heeft van Piastri meer te duchten dan van Ricciardo

Net als Mick Schumacher bij Haas werd ook Daniel Ricciardo door een landgenoot vervangen. Het geduld van Zak Brown met Ricciardo was op, en McLaren haalde Oscar Piastri op bij concurrent Alpine. De debutant won voor zijn entree in de Formule 1 al kampioenschappen in de Formule 2 en Formule 3, en is dus een van de grootste talenten uit de afgelopen jaren die de hoofdklasse betreedt. In de persoon van Lando Norris mag Piastri het tegen een ander hoog aangeschreven talent opnemen.

Op de kortere termijn lijkt de keuze van Piastri voor McLaren nog niet heel goed uit te pakken. McLaren mag dan wel voor Alpine in het kampioenschap staan, op pure snelheid is Alpine duidelijk sneller. Voor het tweede jaar achter elkaar komt McLaren uitermate zwak uit de winterperiode, wat inmiddels al tot het vertrek van technisch directeur James Key heeft geleid. In de vrije trainingen is Norris zijn jongere teamgenoot voorlopig de baas; Piastri wist Norris in elk van de drie raceweekenden in slechts één van de drie trainingen voor te blijven.

In de kwalificatiesessies ogen de cijfers een stuk spannender, maar deze worden flink beïnvloed door de fout die Norris in Saoedi-Arabië maakte. De Brit raakte de muur en schakelde zichzelf daarmee uit; Piastri reed een ronde die ruim zeven tienden van een seconde sneller was. In Bahrein en Australië was Norris wel de snelste van de beide McLaren-coureurs, met ruime verschillen van respectievelijk 0,45 en 0,27 seconden. Een zorgwekkende statistiek voor McLaren is wel dat het samen met Williams het enige team is dat nog niet één keer met beide coureurs Q2 haalde.

In de races bood de dramatisch verlopen Grand Prix van Bahrein geen nuttige vergelijking op, maar in de andere twee races zijn de heren aan elkaar gewaagd gebleken. In Saoedi-Arabië was Piastri nog een tiende van een seconde sneller, terwijl Norris in Australië een kwartseconde sneller was. McLaren behaalde haar gehele puntentotaal in Australië, waar Norris als zesde eindigde en Piastri als achtste. Voor McLaren is het vooral te hopen dat het meer snelheid uit haar MCL60 weet te halen.

4. Ferrari: Leclerc snel, maar Sainz maakt minder fouten

Nadat Ferrari eind 2019 haar motor moest aanpassen, maakte het team in 2020 een belabberd jaar mee. In 2021 waren er eerste tekenen van herstel, en in 2022 kwam Ferrari als snelste uit de startblokken. Al snel werd het Italiaanse team echter achterhaald door Red Bull Racing, en tot overmaat van ramp blonken zowel de teamleiding als de coureurs uit in het begaan van blunders. In de beginfase van 2023 lijkt het erop dat Ferrari weer verder afzakt.

In de vrije trainingen laat Charles Leclerc nog wel met regelmaat zien dat hij de snelste van de beide Ferrari-coureurs is. Carlos Sainz was alleen in Saoedi-Arabië en in Australië in één van de drie sessies de snellere. In de kwalificaties ontlopen de twee elkaar een stuk minder. In Bahrein en Saoedi-Arabië bouwde Leclerc nog een mooie voorsprong op door in vijf van de zes kwalificatiedelen sneller te zijn dan zijn teamgenoot, maar in Australië was Sainz in elke sessie de snelste. Het uiteindelijke verschil van één tiende in het voordeel van Sainz is echter onvoldoende om over de eerste drie races het voordeel aan de Spanjaard te geven. Vooral de halve seconde achterstand waar Sainz in Saoedi-Arabië tegen aankeek doen zijn statistieken weinig goed. Gemiddeld komt hij een kleine twee tienden per ronden tekort op Leclerc, die wel bekendstaat als één van de snelste coureurs over een enkele ronde.

In de races zien we echter een geheel ander beeld. In Bahrein reed Leclerc nog voor Sainz toen hij uitviel, in Saoedi-Arabië kon hij zijn teamgenoot niet passeren nadat een gridstraf hem terugverwees naar een startpositie in het middenveld. In Australië ging Leclerc zelf in de fout. Het verschil in racesnelheid is slechts op één race gebaseerd bij Ferrari, omdat Leclerc in Bahrein en Australië onvoldoende ronden reed voor een geldige vergelijking. In Saoedi-Arabië was Sainz echter de snellere.

Ook het puntentotaal ziet er niet bepaald goed uit voor Leclerc. De Monegask mag dan over het algemeen wel de snellere van de twee zijn, maar hij lijkt in zijn zesde jaar in de Formule 1 ook nog steeds gevoeliger voor fouten. Als Leclerc voor de wereldtitel wil meestrijden, zal hij niet alleen een snellere en betrouwbaardere auto nodig hebben, maar ook minder fouten moeten maken. In 2022 maakte hij in Frankrijk bijvoorbeeld een cruciale fout, en dit jaar had hij zijn nulscore in Australië ook aan zichzelf te danken. In 2021 versloeg Sainz Leclerc nog op seizoensbasis, en Leclerc zal constanter moeten worden om geen herhaling te riskeren. Het verschil in punten had nog veel groter kunnen uitvallen als Sainz zelf niet in de fout was gegaan in de slotfase van de Grand Prix van Australië.

3. Mercedes: Hamilton vooralsnog kansloos in de kwalificaties

Sinds 2022 vormt zevenvoudig wereldkampioen Lewis Hamilton een duo met George Russell. Helaas voor de jongere van de twee Britten viel zijn overstap naar Mercedes samen met een terugval in performance, maar Russell wist vorig jaar wel zijn ervaren teamgenoot te verslaan in het coureurskampioenschap. Ook in 2023 is Mercedes vooralsnog te zwak om zich in het gevecht om de kampioenschappen te kunnen mengen.

In Bahrein was Hamilton nog de snelste Mercedes-coureur in elk van de drie trainingssessies, maar sindsdien is Russell aan een inhaalslag begonnen. Zowel in Saoedi-Arabië als in Australië was Russell in twee van de drie trainingen de snellere. Zorgwekkender voor Hamilton is dat het hem het hele seizoen nog niet gelukt is om sneller te zijn dan Russell in een kwalificatiesessie. De beide Mercedes-coureurs haalden tot nu toe in elk van de drie races Q3, maar voorlopig is Russell in elk van de negen kwalificatiedelen buiten bereik gebleven van zijn oudere landgenoot. In Bahrein was het verschil nog klein, maar grotere verschillen in Saoedi-Arabië en Australië hebben ervoor gezorgd dat de gemiddelde achterstand voor de 103-voudige polesitter inmiddels een kleine twee tienden van een seconde is.

In de races zien we een soortgelijk beeld. In Australië was het onmogelijk om beide coureurs te vergelijken omdat Russell al vroeg uitviel met technische problemen, maar zowel in Bahrein als in Saoedi-Arabië was Russell bijna twee tienden per ronde sneller dan Hamilton. In Bahrein wist Hamilton wel nog voor Russell te eindigen, en de uitvalbeurt van Russell in Australië bood Hamilton wel de kans om een ruime voorsprong in punten op te bouwen. Als we de huidige snelheidsverschillen echter ook in het restant van het seizoen te zien krijgen, dan zou Russell in staat geacht moeten worden om de achterstand goed te maken.

2. Aston Martin: Alonso vermorzelt de zoon van zijn baas

De grootste verrassing in 2023 is volgens velen wel Aston Martin. In 2022 bleef het team in de openingsraces puntloos met Lance Stroll en Nico Hülkenberg als coureurs. Nadat Sebastian Vettel hersteld was van zijn coronabesmetting werden de prestaties van Aston Martin wat beter, maar verder dan een zevende plek kwam Aston Martin nooit. Een jaar later staat Aston Martin als best of the rest op een tweede positie in het kampioenschap, nu met Fernando Alonso als vervanger van de gepensioneerde Vettel.

De cijfers uit Tabel 9 spreken boekdelen. Bij geen enkel team biedt de vergelijking tussen de beide coureurs een eentoniger beeld aan dan bij Aston Martin. Lance Stroll mag het seizoen dan wel begonnen zijn met een polsbreuk, maar sinds de eerste race is er ook weinig verandering te ontdekken in de onderlinge verhoudingen. Zowel in de vrije trainingen als in de verschillende kwalificatiesessies is het Stroll nog niet één keer gelukt om boven Alonso te eindigen. In elk van de achttien gevallen bleek Alonso de snelste te zijn. Het tijdsverschil was in Bahrein wel beduidend groter dan in de volgende twee races, maar er zijn weinig indicaties dat Stroll de strijd met zijn 41-jarige teamgenoot kan aangaan. Het enige lichtpuntje voor Stroll is dat er nog vier coureurs zijn die tegen een grotere achterstand aankijken tijdens de kwalificaties.

Ook in de races is het duidelijk dat Alonso geen kind heeft aan zijn Canadese teamgenoot. De Spanjaard eindigde in elke race op het podium, iets wat voor Stroll vooralsnog buiten bereik lijkt te zijn. In Saoedi-Arabië kreeg Stroll te maken met technische problemen, maar voor zijn uitvalbeurt reed Stroll ook al op achterstand van Alonso. In de andere twee races is het snelheidsverschil tussen de beide heren telkens zo'n kwartseconde. Het puntenverschil is wel uitvergroot door de uitvalbeurt van Stroll, die op zich redelijk constant presteert, maar voor de wereldtitel strijden lijkt er voor de zoon van teameigenaar Lawrence Stroll niet in te zitten zolang Alonso op dit niveau blijft presteren.

1. Red Bull Racing: Pérez competitiever dan ooit, maar geen match voor Verstappen

Bij constructeurskampioen Red Bull Racing zijn er voorlopig weinig zorgen. Het seizoen ging in 2022 nog dramatisch van start, maar een jaar later heeft het team na drie races de dominantste seizoenstart ooit achter de rug. De enige punten die het team liet liggen waren de punten die Sergio Pérez morste in Australië, en het puntje voor de snelste ronde in Bahrein, dat het team bewust liet schieten.

In 2021 en 2022 was Max Verstappen veel te snel voor teamgenoot Pérez. Dit jaar is het ook weer duidelijk dat Verstappen de snelste van de twee Red Bull-coureurs is, al presteert Pérez sterker dan in eerdere seizoenen. Alleen in de eerste vrije training van het seizoen was de Mexicaan sneller dan de regerend wereldkampioen, maar sindsdien was Verstappen in elk van de overige acht vrije trainingen de snelste Red Bull-coureur.

In de kwalificaties heeft Verstappen ook weinig te duchten van Pérez. Verstappen moest in Saoedi-Arabië voortijdig afhaken na technische problemen, maar was in Q1 wel ruim sneller dan Pérez. In Australië verging het Pérez nog slechter door zijn Red Bull in de grindbak te parkeren in zijn eerste snelle ronde. Alleen in Bahrein bleef Pérez in de buurt van Verstappen; zijn achterstand was toen 0,14 seconden. Gemiddeld genomen over de kwalificaties in Bahrein en Saoedi-Arabië komt de Mexicaan ruim drie tienden van een seconde tekort.

In de race eindigde Pérez wel één keer voor Verstappen, namelijk in Saoedi-Arabië, toen Verstappen vanaf een vijftiende plek moest vertrekken na zijn malheur op de zaterdag. Het snelheidsverschil op de zondagen is met slechts 0,02 seconden wel opvallend klein. Het is echter goed mogelijk dat dit ermee te maken heeft dat de beide Red Bulls al meerdere keren instructies gekregen hebben om zich in de slotfase van de race aan een rondetijd te houden die het team aangeeft. Verstappen beschikt wel al over een voorsprong van vijftien punten door het foutenfestival van teamgenoot Pérez in Australië.

Door: Mark Hanselman