Maak het asfalt maar nat: Circuit Spa-Francorchamps levert nagenoeg altijd topwedstrijden

Na de Grand Prix van België wordt het voor Formule 1-fans een maandje op een houtje bijten, maar voordat dat het geval is, staat ons een waar huzarenstukje te wachten. De laatste race van de eerste seizoenshelft wordt namelijk verreden op een van de favoriete circuits van zowel toeschouwers als coureurs. Laat F1Maximaal.nl je meenemen over een van de mooiste circuits van de kalender: Circuit Spa-Francorchamps.

Wellicht is een uitgebreide toelichting niet eens nodig, want vele fans kennen de baan van aankomend weekend goed. Niet alleen is het een prachtig circuit, ook ligt het redelijk dicht bij de Nederlandse grens, wat betekent dat velen van jullie het circuit live meegemaakt hebben. Desondanks nemen we jullie toch mee over het illustere asfalt.

Te beginnen met bocht 1, een scherpe hairpinbocht die in de tweede versnelling genomen wordt. Na de start wordt het hier altijd krap en we hebben er in het verleden bijvoorbeeld gezien hoe een overmoedige Max Verstappen in een nét te klein gat dook, en zijn wedstrijd beëindigde na een touché met een Ferrari. Na die eerste bocht maken de coureurs vaart en rijden ze richting misschien wel de meest fameuze bochtencombinatie in de autosport: Raidillon en Eau Rouge. Na de flauwe linkerknik klimmen de rijders zo'n veertig meter en gaan ze vol gas door bocht 3 en 4 heen, op naar de Kemmel Straight. Simpelweg magnifiek.

Het einde van Kemmel Straight typeert zowel het einde van sector 1 als de grootste mogelijkheid tot inhalen van een rondje Spa. Voor bocht 5 is het kwaad vaak al wel geschied, waarna bochten 5, 6 en 7 gebruikt worden om de deur definitief dicht te gooien. Sector 2 is het relatief trage deel van de baan, met maar liefst tien van de achttien bochten. De meest noemenswaardige is Pouhon, een naam die bocht 10 en 11 samen vat. Deze bochten dienen genomen te worden met enorm hoge snelheid, welke vervolgens tot aan bocht 12 voor tijdswinst zorgt.

Na bocht 14 rijdt men sector 3 in, wederom een sector met een serieus groot percentage vol gas. Vanaf die eerste bocht van S3 drukken de rijders het gaspedaal in en pas bij het detectiepunt voor de tweede DRS-zone, voor bocht 18, remmen ze weer. De trage chicane wordt gevolgd door de DRS-zone en zo zijn we aanbeland bij het begin van het prachtige Spa.

Circuit Spa-Francorchamps genot voor rekenwonders

Wie denkt dat de teams de bolide zomaar even afstellen op een ronde Spa heeft het mis. Ja, veel van een ronde wordt vol gas genomen, wat betekent dat low drag in sector 1 en 3 loont. Vanaf bocht 1 naar bocht 5 én vanaf bocht 15 naar bocht 18 is immers vol gas en ook kent dat eerste lange stuk een DRS-zone. Het is echter zo dat schijn in België bedriegt.

In het verleden hebben we namelijk ervaren dat teams die met weinig luchtweerstand relatief slecht presteren het over een totaal andere boeg kunnen gooien. Door juist in te zetten op wat meer downforce kun je in de tweede sector namelijk zeeën aan tijd winnen, tot wel vijf of zes tienden. Wat je op het rechte stuk inlevert, win je er daar weer aan, wat betekent dat er voor bolides met verschillende sterke punten wat te halen valt. Dat maakt het weekend uniek en de rangorde des te onvoorspelbaarder.

Praktisch houdt dit in dat een team als Williams, in 2023 bekend om haar rechtelijnsnelheid, punten kan scoren. Wie er met de zege vandoor gaat? Red Bull, Red Bull, Red Bull. Aerodynamische efficiëntie is op een circuit met zulke grote uitersten als Spa van groot belang. De Oostenrijkse renstal is hierin dit jaar oppermachtig, dus zij leveren relatief weinig tijd in op het rechte stuk om ook in de bochten als de brandweer te gaan. Op pure performance hoeven Verstappen en Sergio Pérez zich nergens zorgen over te maken.

Trauma van België 2021 nog in het geheugen gegrift

Op pure performance wint Red Bull, maar regen kan in de Belgische Ardennen altijd roet in het eten gooien. Het trauma van 2021, waarin de Formule 1-fans urenlang in de regen liet staan, wachtend op een race die nooit kwam, is nog vers. Het aanstaande evenement kan lichte flashbacks naar dat vorige weekend teweegbrengen. Op vrijdag en zaterdag is er regen voorspeld, en veel ook. Ga er maar vanuit dat we meerdere sessies krijgen met een nat wegdek. Vanwege de grootte van de baan kan het bovendien ook zo zijn dat een sector totaal verregent terwijl de andere twee nagenoeg droog zijn. Die onvoorspelbaarheid is aantrekkelijk.

Voor zondag is de weersvoorspelling iets rooskleuriger, maar vergeet niet dat we op zaterdag sprinten en op vrijdag kwalificeren. Volgens de huidige verwachtingen zou dat kunnen resulteren in een natte kwalificatie en een natte sprintrace. Voldoende spektakel om naar uit te kijken, dus. Al helemaal wanneer je je bedenkt dat deze evenementen plaatsvinden op een van de mooiste banen van het jaar die ook vaak goede wedstrijden oplevert.

Spanning in ronde 1, fouten zijn kostbaar

Spa-Francorchamps is met 7,004 kilometer de langste baan van de kalender. Verrassend is het dan ook niet dat er met 44 ronden de minste ronden verreden worden van heel het jaar. Saoedi-Arabië en Las Vegas volgen op het Belgische circuit met 50 ronden elk. Qua brandstofconsumptie valt Spa mee voor rijders, maar de banden hebben het er zwaar. Doorgaans hebben enkele banden het zwaar te verduren, maar in België worden ze allemaal ongeveer even zwaar belast, wat betekent dat de slijtage over alle vier de hoeken van de auto ongeveer even groot is.

Ronde 1 is altijd spannend. Het is iets meer dan 150 meter van de startlijn naar bocht 1 en inhalen is daar dus maar beperkt mogelijk. Wel komt na La Source dus een enorm lang recht stuk. Degene die als eerste uit de eerste bocht komt, biedt het hele veld achter zich een slipstream en is daarmee kwetsbaar. Voor bocht 5, aan het einde van Kemmel Straight, zien we in die eerste ronde dan ook vaak inhaalacties en heren die met drie auto's breed proberen die eerste plek naar zich toe te trekken.

Met een drive-through van 17 seconden is een pitstop in België niet bijzonder kostbaar, maar wel is het kostbaar om in die eerste ronde, of ergens in de eerste sector schade op te lopen. Rijd je je voorvleugel kapot, bijvoorbeeld, dan is de rit terug naar de pitstraat heel erg lang. Je verliest dan dus meer tijd dan wanneer je je voorvleugel op bijvoorbeeld de kortere Hungaroring beschadigt. Het is dus oppassen geblazen aan het begin.

De traditionele safetycar

Spa zorgt voor de coureurs en de fans. Het is voor de sporters uitputtend en voor de toeschouwers vermakelijk. We mogen ons dan ook verheugen op een topweekend wat racen betreft en halen daarvoor nog één statistiek aan. In de afgelopen vijf wedstrijden, van 2018 tot en met 2022, is er in elke wedstrijd minstens één safetycar aan te pas gekomen. Dat is een safetycar-waarschijnlijkheid van 100 procent. Als dat geen sensatie belooft, wat dan nog wel?