Analyse toont groot verschil tussen Red Bull en Mercedes aan: heeft Verstappen nog kans?

Alsof het nog niet bijzonder genoeg was dat George Russell en Max Verstappen dezelfde tijd lieten noteren in de Canadese kwalificatie, mikten de beide mannen ook nog op een mooie rondetijd: 1:12,000. Lando Norris kwam ook slechts 0,021 seconden tekort. Hoewel de verschillen in rondetijden minimaal waren of zelfs niet-bestaand, waren de onderlinge verschillen in sterke punten tussen Russell en Verstappen juist wél groot.

In de onderstaande tabel zijn de sectortijden van de drie snelste mannen terug te vinden uit hun snelste Q3-ronden. Daarbij moet wel gezegd worden dat Russell in Q2 nog een aantal tienden sneller ging dan in Q3. In de tabel is duidelijk terug te zien dat Verstappen met een magistrale sector opende, en als enige onder de twintig seconden dook. De geboekte winst levert Verstappen in de middensector weer in. In de slotsector maakt hij terrein goed, maar net niet genoeg voor poleposition. De onderlinge sectorverschillen tussen Russell en Norris zijn een stuk kleiner.

De tekst gaat verder onder de tabel.

Hoe Verstappen precies tijd won in de eerste sector, en tijd verloor in de tweede sector, is in onderstaande grafiek goed terug te zien. Verstappen pakt in de eerste bochtencombinatie al 0,111 seconden winst op Russell. Dat doet hij vooral door nog wat meer snelheid mee te nemen bij het uitkomen van de eerste bocht, waar hij zijn rem even een beetje loslaat. Ook in bochten drie en vier, de rechts-links-chicane, wint Verstappen bijna een tiende, door een hoge minimumsnelheid aan te houden, wat eerder op het gat te gaan.

De tekst gaat verder onder de Tweet.

Sector 2 voor Russell

Vervolgens komen we in Mercedes-land terecht. Russell wint tijd in bochten vijf tot en met negen. Verstappen laat vooral tijd liggen vanwege onderstuur bij het uitkomen van bocht 7, richting het rechte stuk aan de achterkant van het circuit. Dat kost hem 0,154 seconden op dit rechte stuk. In totaal levert hij in de middensector 0,189 seconden in.

In de laatste sector zijn de verschillen kleiner. Opvallend is, na Monaco, dat Verstappen het uitstekend deed in de hairpin, bij het begin van de derde sector. Verstappen remt hier later, en wint zo 0,065 seconden in deze bocht. Op het lange rechte stuk pakt Russell echter bijna een tiende terug, doordat hij een hogere topsnelheid weet te halen aan het einde van het rechte stuk. Dit wijst erop dat Mercedes waarschijnlijk met wat minder downforce rijdt. In de laatste chicane remt Verstappen weer later, waardoor hij 0,077 seconden terugwint. Richting start-finish pakte hij de laatste vier duizendsten terug; net één duizendste van een seconde te weinig voor poleposition.

Dat Verstappen met iets meer neerwaartse druk lijkt te rijden, kan voordelig zijn in de race, omdat dit de Nederlander kan helpen bij het managen van de banden. Mocht het nog gaan regenen, profiteren coureurs met meer downforce ook van hun afstellingskeuze. Verder is het opvallend om in de grafiek te zien dat Verstappen één procent meer vol gas reed dan Russell, en één procent minder met het bochtenwerk bezig was. Dit geeft goed aan wat analist Peter Windsor regelmatig bedoelt met de 'korte bochten' van Verstappen.