Williams moest toch meer veranderen dan verwacht: 'Komst Vowles heeft onze ogen geopend'

Volgens Williams is de komst van nieuwe teambaas James Vowles een oogopener geweest. De nieuwe aanwinst voor het team heeft ze doen realiseren dat er nog veel meer werk aan de winkel is, mochten ze in de toekomst hoger op de grid willen eindigen. Volgens Dave Robson, de head of vehicle performace van Williams, hebben ze veel aan Vowles en zijn perspectief. 'We zien een echte progressie', vertelde hij bij Motorsport.com.

In de winter van 2022 nam Vowles de overstap van ingenieur bij Mercedes naar teambaas van Williams. Daarmee bracht hij een hoog niveau van kennis over technologie met zich mee en kan hij bij Williams goed aantonen hoe de topteams te werk gaan. Robson heeft er ook compleet vertrouwen in. 'Als hij zo doorgaat met zijn veranderingen, dan gaat het de goede kant op', stelt de Brit. 'Het zal waarschijnlijk nog tot na 2024 duren, maar we werken zeker ergens naartoe.'

Robson: 'We kijken al langzaamaan naar de auto voor volgend jaar'

Dat komt vooral doordat het team veel moet opbouwen of moet herstructureren. 'Er is veel te doen en er is eigenlijk veel meer te doen dan we echt hadden verwacht', legt Robson uit. 'Wel is alles al in motie gezet en zijn we zeker bezig met het doorvoeren van de verandering, waarvan we al heel wat progressie hebben gezien.' Williams probeert ook dit jaar al mee te vechten voor de punten, maar tot nu toe heeft alleen Alexander Albon punten op zijn naam staan. Rookie Logan Sargeant heeft de teller nog op nul staan.

Er zijn volgens Robson ook nog verbeteringen door te voeren aan de huidige bolide, maar ze kijken ook al stiekem naar het volgende seizoen. 'We zijn zeker bezig met het identificeren van de zwakke punten van de auto en die proberen we gedurende het seizoen aan te passen', stelt Robson. 'We kunnen hier veel van leren en ook dat nemen we weer mee naar het volgende seizoen, waar we natuurlijk een betere auto willen bouwen. Het gaat om de kleine dingen en volgens mij hebben we daar nu best een goed beeld van, maar nu moeten we het nog in praktijk brengen.'