Updates F1-teams: waarom een agressief ontwikkelingsplan niet per se de voorkeur geniet

Dit seizoen werden de Formule 1-teams onderworpen aan een nieuwe set reglementen. Hiermee werd de ontwikkelingsrace gedurende het seizoen natuurlijk van cruciaal belang, want het is haast onmogelijk om direct al de perfecte Formule 1 te vinden. Auto, Motor und Sport heeft berekend dat er in 2022 liefst 286 aerodynamische upgrades werden gedaan door de teams. Aan de hand daarvan maakt F1Maximaal een prognose voor het aankomende jaar in de Formule 1 en wat de teams mogelijk zouden kunnen bereiken.

Met nieuwe reglementen kunnen de verhoudingen in de Formule 1 natuurlijk flink verschuiven. Dat is afgelopen seizoen een beetje uitgebleven, aangezien Red Bull Racing bijvoorbeeld duidelijk het sterkste team was en Williams weer onderaan bungelde. Toch zullen de verschillende oplossingen gedurende de winter weer goed bestudeerd worden en mogelijk schuift het veld daardoor in de komende jaren dichter naar elkaar toe. Al is het wel de vraag of de renstallen zich wel moeten focussen op de aerodynamische ontwikkelingen van hun bolides.

Mercedes meest productieve topteam, Ferrari zet stap achteruit

Mercedes is van de drie topteams in de Formule 1 het meest productief geweest. Gedurende het jaar bracht de Duitse renstal maar liefst 37 aerodynamische upgrades. Het grootste pakket kwam echter niet tijdens het officiële seizoen. Mercedes had namelijk een auto voor de testdagen in Barcelona en in Bahrein kwam daar opeens de sidepodloze W13. Deze grote verandering bracht echter niet het gewenste effect voor het team uit Brackley en Brixworth. De auto stuiterde als een malle over het rechte stuk en Mercedes moest op zoek naar een oplossing.

Gedurende het jaar keek het team dan ook vooral naar manieren om porpoising te elimineren. Toen dit was gelukt, kon de renstal langzamerhand wat performance toevoegen aan de auto. Dit deed Mercedes vooral met kleine upgrades die vooral met de fijnere details van de W13 gemoeid waren. Het is echter lastig om te concluderen of de goede prestaties van Mercedes aan het einde van het jaar te danken waren aan het ontwikkelingspad van de W13 of het feit dat porpoising geëlimineerd was. De resultaten van Mercedes waren namelijk vooral circuit-specifiek. Desondanks is de progressie van de Duitse renstal een goed teken voor het aanstaande Formule 1-seizoen.

Waar Mercedes vooral veel tijd wist te winnen, verloor Ferrari gedurende het seizoen veel tijd. De Italiaanse renstal begon het jaar met een uitstekende basis en het was dan ook geen wonder dan het team twee van de eerste drie races wist te winnen. Het belang om gestaag door te ontwikkelen was dan ook een stuk kleiner, aangezien de F1-75 de maatstaf was. Ferrari deed dan ook een ‘bescheiden’ negentien upgrades gedurende het seizoen. Naarmate Red Bull Racing sterker werd, was de nood bij Ferrari ook hoger om aanpassingen te doen.

Ferrari ging hoogstwaarschijnlijk de mist in met één van zijn upgrades. Voor de Grand Prix van Frankrijk bracht de Scuderia een groot aerodynamisch pakket. Op het Circuit Paul Ricard liep de Italiaanse renstal nog wel aardig, maar in Hongarije ging het fout voor Ferrari. Daar werd het duidelijk dat het team bijzonder veel last had van bandenslijtage. Deze problemen leken gedurende de tweede seizoenshelft alleen maar erger te worden, waardoor de competitiviteit van de F1-75 weg was. Ferrari was niet alleen geen titelkandidaat meer, ook Mercedes kroop steeds dichterbij in het constructeurskampioenschap.

Agressieve ontwikkelingsstrategie weinig effectief, Aston Martin uitzondering

Voldoende teams in het middenveld hadden met de nieuwe reglementen gehoopt dat zij vaker kans zouden maken op een podiumplek of misschien zelfs een overwinning. Slechts één keer wist een coureur van een team uit het middenveld op het podium te staan. Lando Norris wist als derde te finishen tijdens de Grand Prix van Emilia Romagna. Gedurende het jaar kende McLaren echter wel een agressief ontwikkelingsplan. Het team deed maar liefst 53 updates. Ondanks dat de Britse renstal bovenaan staat in dat klassement kon het team niet de weg omhoog vinden. Zelfs de strijd om de vierde plek wist McLaren niet te winnen.

Die strijd werd namelijk gewonnen door het team van Alpine, dat zelf 31 upgrades deed. Als de Franse renstal betere betrouwbaarheid had gekend dan was het niet eens spannend geworden in de strijd met McLaren. Toch brachten de upgrades van Alpine het team niet bepaald dicht bij de topteams. Alpine kon zich in de regen, met Fernando Alonso aan het stuur, slechts één keer kwalificeren op de eerste startrij. Een verrassing, zoals de zege van Esteban Ocon op de Hungaroring in 2021, bleef echter uit.

Het feit dat aerodynamische upgrades weinig performance brachten, werd onderstreept door het ontwikkelingspad van zowel Williams als Alfa Romeo. Williams begon immers als het zwakste team aan het seizoen en zo eindigde het ook. De Britse renstal deed echter wel 35 upgrades, vier meer dan bijvoorbeeld Alpine. Alfa Romeo deed er zelf 24 en kwam eigenlijk ook niet meer vooruit, ondanks dat de Zwitserse renstal met een prima basis begon. Valtteri Bottas scoorde aan het begin van het seizoen immers aan de lopende band punten voor het team. Dat momentum stokte, ondanks dat de renstal vroeg in het jaar meerdere upgrades bracht.

Aston Martin lijkt een uitzondering op de regel te zijn. De Britse renstal bracht dertig upgrades, waaronder een nieuwe achtervleugel die voor aankomend seizoen illegaal is verklaard, en dit zorgde ervoor dat het team gedurende het jaar flinke sprongen kon maken. Aston Martin begon op dezelfde voet als Williams, maar het team wist zich wel het middenveld in te krijgen. Sebastian Vettel en Lance Stroll konden aan het einde van het seizoen meermaals belangrijke punten scoren voor het team. Aston Martin kwam echter net tekort voor de zesde plek, maar de progressie zal het team tevreden stellen.

Haas en AlphaTauri blijven achterblijvers

Twee renstallen die gedurende het jaar amper updates brachten waren Haas en AlphaTauri. Beide teams kwamen afgelopen seizoen één keer met een grote update en die leverde de teams niets op. AlphaTauri kende het gehele jaar een bijzonder zwakke auto en dat werd met de update ook niet beter. Vooral Pierre Gasly liet zich tijdens het seizoen vaak negatief uit over het ontwikkelingstraject van de Italiaanse renstal. Helmut Marko was vooral na afloop van het seizoen zeer kritisch op het zusterteam van Red Bull.

Haas bracht ook eenmalig een upgrade en ondanks de poleposition voor Kevin Magnussen deed deze niet wat het team had gehoopt. De Amerikaanse renstal wist echter al snel dat het belangrijk zou worden om zich te focussen op het 2023-seizoen. De keuze om slechts één updatepakket te brengen, kwam vooral door het feit dat Haas niet voldoende geld had om meerdere upgrades te doen. Dat zou voor volgend seizoen opgelost moeten zijn, aangezien het jongste team in de Formule 1 een nieuwe titelsponsor heeft. Het is voor beide teams wel duidelijk dat ook een zeer sober ontwikkelingstraject geen rondetijd oplevert.

Red Bull laat belangrijkste upgrade werken

De upgrades die teams brachten leken cruciaal te zijn voor de performance van de bolides. Toch is het effect van deze updates marginaal gebleken dit jaar. 'Er is eigenlijk niets veranderd in de balans tussen de teams', schrijft Auto, Motor und Sport. 'Geen enkele update heeft een renstal echt naar voren weten te brengen.' Het Duitse medium denkt dat de ingenieurs de nieuwe reglementen nog onder de knie moeten krijgen. 'De grondeffectauto's zitten nog vol geheimen voor de ingenieurs. Als er iets wordt veranderd aan de auto's dan heeft dat effect op verschillende factoren.'

Naast de aerodynamische updates was er nog een belangrijke factor waaraan de teams moesten werken. Onder andere Red Bull realiseerde zich dit vroeg in het seizoen, waardoor het gat naar Ferrari redelijk snel gedicht kon worden. 'Minder gewicht op de auto is de beste upgrade dit jaar. Red Bull had de zwaarste auto aan het begin en de bolide heeft zo'n vijftien kilo verloren. Dan kan je al gauw denken aan een tijdswinst van drie tienden.' Na een geruime tijd last te hebben gehad van overgewicht, zit de bolide van Red Bull nu rond het minimumgewicht. Deze is voor het aankomende seizoen met nog eens twee kilogram verlaagd.

Het is echter de vraag of teams nog veel gewicht kunnen verliezen. De meeste renstallen zullen op of rond het minimumgewicht zitten, waardoor daar de maximale potentie dan al benut is. Aerodynamische upgrades zullen dus belangrijk worden en zoals Auto, Motor und Sport al aangaf: de ingenieurs gaan steeds meer begrijpen van de auto’s. Het is dan ook maar de vraag wat de basis van de teams zal zijn bij het ingaan van het nieuwe seizoen. Is er vooral sprake van evoluties of zien we compleet nieuwe concepten bij enkele teams?

Conclusie lastig te trekken

Red Bull zal vooral willen voortborduren op de prestaties van het afgelopen seizoen. De RB18 was een solide basis om mee verder te werken, waardoor grote veranderingen niet per se nodig zijn. Er zijn voldoende teams die wel een grote verandering kunnen gebruiken, maar er waren maar twee renstallen die tijdens het 2022-seizoen ook echt sprongen konden maken. Meer is dan ook niet altijd beter, zoals Ferrari heeft laten zien met een update die juist een downgrade werd.

Het is natuurlijk nog koffiedik kijken hoe de verhoudingen aankomend seizoen zullen zijn. Het belangrijkste voorwerk is natuurlijk gedaan in 2022 en dat laat zien dat de topteams, mits er geen grote veranderingen zijn, toch weer boven zullen drijven. Een duidelijk pad naar voren lijkt er dan ook niet te zijn. Meerdere teams hebben immers laten zien dat de aerodynamische updates weinig deden, maar andere renstallen lieten zien dat updates wel nodig zijn om aan te haken. Als er al verrassingen zullen zijn, dan komen die van Mercedes en Aston Martin, die beiden met een agressief ontwikkelingstraject zichzelf konden verbeteren in 2022.