Red Bull Racing begon dusdanig dominant aan het seizoen dat Helmut Marko in de lengte al meerdere malen de vraag kreeg of het Oostenrijkse team in 2024 wel kon doen, wat in 2023 nog niet lukte: alle races winnen. Inmiddels heeft Red Bull al vier races op rij niet meer gewonnen en heeft het team het alsmaar lastiger in de strijd met vooral McLaren en Mercedes. F1Maximaal.nl dook in de data, en concludeert dat het vooruitzicht voor de rest van het seizoen en vooral voor 2025 niet bepaald rooskleurig is voor het team van Max Verstappen.
Op 22 mei 2022 greep Red Bull na een valse seizoenstart de leiding in het constructeurskampioenschap, nadat Verstappen de overwinning in de schoot geworpen kreeg vanwege motorproblemen bij rivaal Charles Leclerc. Inmiddels is Red Bull al meer dan 800 dagen op rij de leider in het constructeurskampioenschap, maar met 42 punten voorsprong op McLaren heeft het Britse team in Zandvoort een theoretische kans om Red Bull in te halen.
Vermoedelijk zal Red Bull in Nederland nog wel standhouden, maar McLaren is ondertussen wel de favoriet om voor het eerst sinds 1998 weer constructeurskampioen te worden. Deze ontwikkelingen leken na 2023 en de start van 2024 haast ondenkbaar: de vierde wereldtitel van Verstappen werd al met potlood ingevuld, en ook voor 2025 golden Verstappen en Red Bull als torenhoge favorieten. In de afgelopen maanden is deze situatie helemaal omgeslagen.
Red Bull schuwt risico's niet
In 2023 zette Red Bull nog het dominantste seizoen uit de historie van de sport neer. Des te groter was de verbazing bij veel volgers dan ook toen Red Bull in februari een sterk gewijzigde RB20 aan de wereld toonde. Van alle teams kreeg Red Bull verreweg de meeste aandacht, doordat het net als Mercedes het concept volledig omgegooid had. Mercedes deed dit door haar verlies te pakken na twee magere jaren met het concept met minuscule sidepods. Red Bull bewandelde juist enigszins de omgekeerde weg richting een concept, dat door Mercedes als onsuccesvol bestempeld werd.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
In eerste instantie leek deze gok van Red Bull goed uit te pakken, maar inmiddels is sterk de vraag of de Oostenrijkers niet veel competitiever geweest zouden zijn met een doorontwikkeling van de RB19. Red Bull bevestigde eerder dit seizoen correlatieproblemen vanuit de windtunnel. Niet geheel toevallig kampte Mercedes de afgelopen twee jaren met hetzelfde probleem. De Duitse fabrikant eindigde met de handen in het haar nadat het meerdere malen dacht een oplossing voor de balansproblemen en stuiterproblemen gevonden te hebben, en koos in 2024 dus eieren voor haar geld.
Beperkte mogelijkheden qua ontwikkeling
Inmiddels legt Red Bull het meer en meer af tegen teams die dit jaar ervoor kozen om de weg van de RB19 in te slaan. Dat Red Bull juist dat pad verliet na een dominant seizoen is extra opvallend gezien de reglementen. De teams moeten zich aan het budgetplafond houden, iets dat voor de constructeurskampioen doorgaans extra ingewikkeld is, doordat de salarissen vaak stijgen als er successen geboekt worden. Het gevolg is dat het budget voor de ontwikkeling van de auto verder onder druk komt te staan bij Red Bull.
Daarnaast zijn de teams gebonden aan aerodynamische testrestricties, die per half jaar bepaald worden. Als constructeurskampioen heeft Red Bull de minste testtijd qua windtunneltests en CFD-simulaties. Dat maakt het extra bijzonder dat het team afgelopen jaar, toen het tot eind oktober ook nog een extra straf uitzat vanwege het overschrijden van het budgetplafond, het concept redelijk heeft omgegooid. Dat brengt extra risico's met zich mee, want nu Red Bull met dit nieuwe concept problemen heeft, zijn er ook minder testkansen om naar oplossingen te zoeken.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Ferrari werkt Red Bull tegen
Aan het begin van het seizoen was Red Bull het sterkste team, voor Ferrari, Mercedes, en dan pas McLaren. In tegenstelling tot de afgelopen seizoenen wist Ferrari haar resultaten redelijk goed te maximaliseren, en bouwde het een gezonde marge op richting McLaren en Mercedes. Na de Grand Prix van Miami was de voorsprong op McLaren 63 punten, terwijl Mercedes zelfs 123 punten achter Ferrari stond. Sinds de race in het Noord-Amerikaanse land zijn McLaren en Mercedes de teams, die veruit de meeste punten verzamelden.
Op 1 juli werden de testmogelijkheden voor het half jaar echter bepaald aan de hand van de constructeursstand op dat moment. Red Bull voerde de stand aan met 355 punten. Hoewel Ferrari al langer niet meer het tweede team qua snelheid is, stond Ferrari op 1 juli dankzij de eerder opgebouwde voorsprong wel nog tweede met 291 punten, voor McLaren met 268 punten, en Mercedes met 196 punten. Inmiddels heeft McLaren de tweede plek van haar eeuwige rivaal overgenomen, terwijl het een kwestie van tijd lijkt voordat Mercedes de derde plek zal overnemen. Dat geeft McLaren en Mercedes een voordeel qua testmogelijkheden
Aerodynamic Testing Regulations (ATR)
Volgens de Aerodynamic Testing Regulations, terug te vinden onder Appendix 7 van het sportieve reglement van de FIA, is een kalenderjaar onderverdeeld in zes Aerodynamic Testing Periods (ATPs). De eerste periode omvat de eerste negen weken van het jaar, waarna de tweede en derde periode uit elk acht weken bestaan. Na 25 weken begint dan de vierde periode, die uit tien weken bestaat, inclusief de periode van twee weken tijdens de zomerstop, waarin de garagedeuren dicht moeten blijven. Vervolgens volgt periode vijf van acht weken, en daarna duurt de laatste periode tot de jaarwisseling.
Per ATP krijgen de teams een bepaalde hoeveelheid testmogelijkheden, afhankelijk van de positie in het constructeurskampioenschap op ofwel 1 januari, ofwel 1 juli. Op 1 juli stond Ferrari dus tweede achter Red Bull, want tot de onderstaande cijfers leidt. Bij de windtunneltijd is er onderscheid gemaakt tussen drie factoren: het aantal windtunneluren is de hoeveelheid tijd waarin je in de windtunnel actief mag zijn, met daarnaast het aantal runs, ofwel sessies, en vervolgens het aantal uren met wind, ofwel 'wind on time', het aantal uren waarbij de windsnelheid boven de 54 kilometer per uur ligt, en er nuttige data opgehaald kunnen worden. In de laatste kolom staat het aantal CFD-simulaties.
De tekst gaat verder onder de tabel.
Vierdubbel nadeel voor Red Bull
Niet alleen Ferrari, maar ook Red Bull wordt benadeeld door de goede start van het Italiaanse team, omdat McLaren en Mercedes hierdoor een groter voordeel hebben. Vergeleken met Red Bull heeft McLaren de komende vijf maanden nog ruim veertien procent meer testmogelijkheden, en bij Mercedes is dat relatieve verschil zelfs meer dan twintig procent. Mercedes-kopstuk Andrew Shovlin kaartte het nadeel van Red Bull eerder al aan: 'Red Bull heeft de minste aerodynamische testtijd, en naarmate je verder naar achteren staat op de grid, krijg je meer. Dat zal een andere reden zijn waarom het moeilijk is voor Red Bull om de voorsprong te behouden', aldus de Trackside Engineering Director van de Duitsers.
Met deze regels, die in 2022 geïntroduceerd werden, hoopte de Formule 1 nivellerende effecten te creëren in de Formule 1. Dat lijkt dan ook een grote bijdrage geleverd te hebben aan het feit dat de vier topteams nu meer dan ooit tevoren aan elkaar gewaagd zijn. Red Bull heeft niet alleen de minste testmogelijkheden, maar kampt met extra uitdagingen. Zo werkt Red Bull nog altijd met een windtunnel uit 1947.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Red Bull is bezig met de bouw van een nieuwe windtunnel, maar deze zal pas in 2026 klaar zijn, en pas voor de 2027-auto ingezet kunnen worden. Tot die tijd moet Red Bull werken met 'het relikwie uit de Koude Oorlog', zoals Christian Horner het noemde. Deze windtunnel start zeer langzaam op, waardoor de nuttige windtunneltijd van Red Bull - wind on time - verder beperkt wordt. Het gevolg is dat Red Bull nauwelijks kan leunen op haar windtunnel momenteel, en dat Red Bull vooral afhankelijk is van de CFD-simulaties.
Voor het derde nadeel van Red Bull komen we terug op de correlatieproblemen. Red Bull kampt met een verschil tussen de simulatordata en de realiteit op het circuit. Die simulatordata vormen ook een belangrijke link met wat er in de windtunnel getest wordt, maar Red Bull kan in die windtunnel niet testen hoe de auto het op de kerbstones doet, waardoor het de data uit de windtunnel niet blindelings kan vertrouwen. Correlatieproblemen zijn daarnaast lastig op te lossen. Het kan maanden, zo niet jaren duren voordat correlatieproblemen echt goed aangepakt kunnen worden.
Pérez vertolkt dubbelrol
Tot slot komen we bij het vierde nadeel voor Red Bull: Sergio Pérez. De Mexicaan heeft net als in 2023 aardig wat schade gereden. Zo crashte hij in Monaco en Canada, en schreef hij zijn deels geüpgradede RB20 in Hongarije opnieuw af. Pérez is met een schadepost van bijna 3,8 miljoen euro dan ook de koploper in het brokkenpilotenkampioenschap. Max Verstappen heeft al vier vloeren beschadigd, en staat dus ook in de top tien.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Dankzij het duo heeft Red Bull de meeste schade gereden van alle teams in 2024: ruim vijf miljoen euro. Concurrenten Ferrari en McLaren staan op twee miljoen euro, terwijl Mercedes samen met Haas en Alpine onderin terug te vinden is met slechts één miljoen schade. Dit betekent dat Mercedes vier miljoen budget extra overhoudt ten opzichte van Red Bull, en Ferrari en McLaren ook ieder drie miljoen extra hebben.
Gevolgen voor 2025 groot
Dit betekent niet alleen dat Red Bull een groot nadeel heeft voor de rest van 2024, maar ook voor 2025. De 2025-auto wordt namelijk grotendeels in 2024 al ontworpen. Vanaf 1 januari 2025 mag het werk aan de 2026-bolide beginnen, en gezien de grootte van die reglementswijzigingen zullen teams zo snel mogelijk de aandacht naar 2026 verschuiven. De regel om in 2024 nog niet aan de 2026-auto te mogen bouwen werd dan ook niet voor niets geïntroduceerd.
Hoewel het nadeel van Red Bull richting 2025 dus gigantisch is, is er één pleister op de wond: de prestaties van Pérez. Hoewel de 34-jarige veel schade rijdt, pakt hij ook weinig punten. Daardoor lijkt de kans groot dat Red Bull de constructeurstitel misloopt, terwijl ook Mercedes nog niet geheel uitgesloten mag worden. Als Red Bull de constructeurstitel niet pakt, levert dit in 2025 dus een cruciaal voordeel op ten opzichte van McLaren bij de ontwikkeling van de 2026-auto.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Mercedes zit in een zetel
Waar het bij Red Bull een optelsom is van factoren die in het nadeel werken, geldt het tegenovergestelde juist voor Mercedes. De Duitse fabrikant moest aan het begin van het seizoen nog aan de slag met het nieuwe concept, maar heeft dit inmiddels helemaal onder de knie. Dankzij de huidige vierde positie heeft Mercedes in de rest van 2024 en richting 2025 dus veruit de meeste testmogelijkheden. Tel daarbij op dat Mercedes van de topteams veruit de minste schade rijdt, en dan is het geen wonder dat het team haast elk weekend upgrades introduceert en flink vooruitgang boekt. Alles wijst er dan ook op dat Mercedes komend jaar levensgevaarlijk is.
Momenteel is het ontzettend spannend in de top van de Formule 1 en daarmee heeft de FIA het voor elkaar gebokst dat de teams steeds meer aan elkaar gewaagd zijn. Het is echter de vraag of dit in 2026 nog steeds het geval is. Volgens de geruchten van vele insiders mag Mercedes dan ook nog eens leunen op een topmotor, en als Mercedes er in het restant van 2024 niet in slaagt om hoger dan de derde plek te eindigen, zit Mercedes ook aan de chassis-kant in een zetel. Ook McLaren beschikt over de Mercedes-motor en lijkt dus goede kaarten te hebben.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties