Red Bull Powertrains draait op volle toeren: 'We hebben alle specialisten bij elkaar'

Christian Horner is in zijn nopjes met de samenwerking tussen Red Bull Powertrains en Ford. Het Amerikaanse automerk zal de motorafdeling van Red Bull Racing vanaf 2026 ondersteunen en daarbij behoudt de Oostenrijkse renstal de autonomie. Dat was een belangrijke voorwaarde aan de samenwerking tussen beide partijen. De werkzaamheden in de fabriek in Milton Keynes zijn momenteel al een tijdje onderweg.

Vanaf 2026 zal er een Ford-sticker worden geplakt op de motoren van Red Bull Powertrains. De Oostenrijkse renstal heeft in 55 weken de motorafdeling uit de grond gestampt. Dat er een samenwerking zou komen met een gerespecteerd automerk was al een tijdje duidelijk. 'De samenwerking is voor ons strategisch belangrijk. In Ford hebben we de juiste partner gevonden met de juiste instelling voor ons project', zegt Horner bij Auto, Motor und Sport, dat een kijkje mocht nemen achter de schermen.

Porsche paste eerder niet in het plaatje van Red Bull. Het Duitse automerk wilde te veel zeggenschap in het team en daar stond de renstal niet achter. Ford hoefde geen medezeggenschap in het raceteam. 'We hebben onze motordivisie opgezet als een start-up. We hebben de apparatuur gekocht, ingenieurs van verschillende bedrijven samengebracht en hen de Red Bull-filosofie bijgebracht. We hebben alle specialisten en alle speciale gereedschappen bij elkaar. Ford heeft dat erkend.'

Red Bull hoopt in 2028 break-even te draaien

Er is wel veel te doen om de status van Red Bull Powertrains. Vooral Ferrari was het niet eens met het feit dat de motorafdeling als nieuwkomer erkend zou worden, aangezien Red Bull veel kennis vergaart van Honda. Voor Red Bull waren er ook enkele belangrijke regels die ervoor zorgden dat het project van de grond kwam. 'Zonder een budgetplafond voor de krachtbron zou dit project niet mogelijk zijn geweest. We hopen dat we break-even zullen draaien in 2027 of 2028, zodat we niet in het rood staan voor de auto en de motor samen', besluit Horner.