Wolff: 'De nummer één gaat er ten opzichte van nummers twee en drie niet erg op achteruit'

Toto Wolff blijft achter het relatieve gebrek aan testtijd van de topteams staan. De Mercedes-teambaas zag hoe zijn renstal gedurende de winterstop van 2022 de minste windtunneluren mocht maken, maar meent dat dat voor de koploper ook zo zou moeten zijn. Red Bull Racing-teambaas Christian Horner stelt dat de hoeveelheid uren weinig uitmaakt, maar dat het er vooral om gaat wat je met die geboden uren doet.

Vanuit Circuit de Barcelona-Catalunya laat allereerst Wolff zich tegenover onder meer F1Maximaal.nl uit over de reglementswijziging die in 2022 van toepassing is. Hoe hoger je in 2021 in de rangorde geëindigd bent, hoe beperkter de mate van windtunneltijd is die je krijgt. Wolff: 'Die reglementen zijn opgesteld met het specifieke doel om het veld competitiever te maken. Het is een prima aanpassing, maar het nadeel van de nummer één ten opzichte van de nummer twee en drie is niet groot', denkt hij.

'De teams die lager geklasseerd zijn dan dat kunnen tot wel twintig procent extra ontwikkelingstijd krijgen, en zo zou het ook moeten zijn. Het systeem zou tot meer concurrentie moeten leiden dan voorheen, en zo hoort het ook', voegt hij daaraan toe. Hij staat er dus nog steeds achter dat de sport op technisch gebied op zoek is naar nivellerende maatregelen, en deze ook doorvoert. Een groot verschil gaat het vermoedelijk onderling echter niet maken.

Ook Horner laat zich uit over het gewijzigde systeem, dat in 2021 al van toepassing was, maar in minder extreme mate. 'Het gaat niet om de hoeveelheid tijd die je hebt, maar hoe je die tijd gebruikt', is de Brit van mening. 'Het voordeel is klein. Het gaat geen enorme wijziging teweegbrengen en een serieus nadeel bieden aan de teams in de top drie.' Hij denkt dus niet dat een van de drie topteams van 2021 naar aanleiding van de wijzigingen aankomend seizoen door het ijs zakt.

Andere F1-teambazen vooral bezig met optimaliseren

Wolff en Horner werden gedurende de persconferentie bijgestaan door enkele andere leiders. Zo zagen we Laurent Rossi, Andreas Seidl en Franz Tost plaatsnemen achter de microfoons. De Alpine-CEO, McLaren-teambaas en AlphaTauri-topman kijken niet naar het nivellerende systeem, maar naar wat er op het asfalt gebeurt. Als subtoppers vallen er immers vele lessen te leren naar aanleiding van waar de topteams mee gekomen zijn in Barcelona.

'Er zijn veel verschillende interpretaties van de reglementen en we zien veel verschillen', laat Rossi weten gedurende de testweek. 'De teams zullen qua ontwikkeling nog wel wat naar elkaar toe kruipen, maar je moet ook vertrouwen op je eigen initiële concept.' Teams kunnen dus wel ideeën lenen van concurrenten, maar het basisconcept moet hetzelfde blijven. Een deelreden hiervoor is dat het te veel geld zou kosten om voor een totaal nieuw concept te gaan.

McLaren en AlphaTauri willen inspiratie opdoen

Ook Seidl meent iets op te steken van de ontwerpen van de concurrentie: 'Met zo'n grote reglementswijziging zijn de teams geïnteresseerd in elkaars ontwerpen. We gaan kijken of we ergens inspiratie uit kunnen opdoen. Het zijn spannende tijden.' Wel heeft McLaren met de MCL36 al een prima bolide op het asfalt gezet. Het concept waar de renstal uit Woking voor gegaan is, leek in Spanje goed te werken.

Voor het AlphaTauri van Tost geldt hetzelfde, de AT03 oogde sterk. 'Er zit natuurlijk veel energie en tijd in deze bolides, we begonnen immers vroeg', geeft hij aan. 'Het is interessant om de filosofieën van de andere auto's te zien en te analyseren. Misschien nemen we wat over.' AlphaTauri heeft dit aan het begin van het jaar al gedaan door diverse onderdelen te kopen bij Red Bull Racing, haar moederteam. Wellicht dat ook de concurrenten van de Oostenrijkse renstal van nuttige technieken gebruik maken.