Met de zachtst mogelijke set compounds hoopte Pirelli de Grand Prix van Oostenrijk te kunnen laten onderscheiden van de GP van Stiermarken. De tweestop-strategie zou de beste optie moeten zijn geweest en de éénstopper was een iets minder goed alternatief. Toch waagden slechts enkele coureurs zich aan een tweestopper en van iedereen kwamen zij er het slechtst van af. Hoe kan het dat Pirelli er zo ver naast zat met hun strategische voorspelling?
In eerste instantie ging de bandenleverancier niet al te diep in op de mogelijke strategieën en de verschillen daarin tussen de twee Grands Prix in Spielberg. 'De teams hebben hier veel ervaring met het omgaan met specifieke uitdagingen en tactieken', vertelde Isola in een persbericht. 'Het hebben van twee verschillende compoundcombinaties is echter een primeur voor de Red Bull Ring, dus het wordt interessant om te zien hoe de teams de zachtste C5-banden voor het tweede raceweekend onder de knie krijgen.'
Op de ochtend voor de GP van Oostenrijk kwam Pirelli pas naar buiten met hun uiteindelijke voorspelling. Uit de informatie van de Italianen bleek dat een tweestopper de snelste strategie zou zijn, waarbij men na een stint op de medium band tweemaal over zou stappen op de harde (C3) band. Een andere optie was een éénstopper, waarbij men de stint op de medium band zo lang mogelijk zou uitrekken en daarna een lange stint op de harde band reed.
Tweestoppers bij Aston Martin en AlphaTauri
Tijdens de Grand Prix van Oostenrijk werd al vrij snel duidelijk dat er maar weinig coureurs zouden zijn die een tweestopper gingen doen. Vier coureurs hadden geen keuze, dat waren: Sebastian Vettel, Lance Stroll, Pierre Gasly en Yuki Tsunoda. Zij startten op de zachte band en waren daarom gebonden aan een tweestopper. Uiteindelijk voegde Verstappen zich toe aan het rijtje van dubbelstoppers, maar hij deed dat niet om strategische redenen. De Nederlander kon daarmee een veilige rit naar de overwinning veilig stellen, nadat er een snee was ontdekt in zijn achterband. Het gaf bovendien de kans om zich van de snelste raceronde te verzekeren.
Wat voornamelijk snel duidelijk werd, was dat een tweestopper voor veel coureurs meer kwaad dan goed zou doen. De coureurs van Aston Martin en AlphaTauri startten allen in de top-tien, maar na hun eerste stop voor harde banden vonden ze zichzelf nagenoeg achteraan terug. Dat hoeft niet per se een probleem te zijn, maar op de Red Bull Ring bleek het lastig om in te halen. Zelfs als het ging om auto's die de Aston Martins en AlphaTauri's normaal gesproken zonder moeite zouden moeten kunnen passeren.
'Ik had al na vijf ronden problemen met de achterbanden. Door mijn banden te sparen, kon ik de stint nog ietwat verlengen. Het was niet de goede band om op te starten', zei Gasly na afloop van de race. Het leek erop dat coureurs niet genoeg van elkaars slipstream konden profiteren om een inhaalmanoeuvre te laten slagen. Een grote reden daarvoor was de hoeveelheid 'DRS-treintjes' die ontstonden. Meerdere coureurs konden elkaar binnen DRS-afstand relatief gemakkelijk volgen, maar iemand inhalen die ook DRS had, was extreem lastig. Alleen de één-na-voorste van de trein had een goede kans, maar deze kon weinig benut worden.
Middenveld in het nauw
Vanaf de top van het middenveld tot aan de hekkensluiters was het daardoor niet mogelijk om de tweestopper, beginnend op welke band dan ook, met succes uit te voeren. Pirelli voorspelde dat in het geval van een tweestopper, waarbij de coureur begint op mediums, de eerste pitstop tussen ronden 20-25 had moeten plaatsvinden. Kijken we naar Daniel Ricciardo, die het middenveld leidde vanaf plek 5, dan wordt duidelijk hoe een pitstop op dat moment zijn race in duigen had kunnen laten vallen.
Bij een pitstop in ronde 20 was Ricciardo, uitgaande van een tijdsverlies van iets meer dan twintig seconden in het beste geval, vlak voor of misschien zelfs vlak achter Nikita Mazepin geland. Ter illustratie: Mazepin reed op dat moment laatste. Had Ricciardo het aan het einde van het tweestop-pitvenster geprobeerd, zou hij er niet veel beter vanaf zijn gekomen. Hij was dan op zijn best teruggevallen naar plek zeventien. Het probleem wordt pas echt duidelijk als we naar de mogelijkheden voor Ricciardo in ronde 30 kijken. Met een optimale pitstop zou hij rond de dertiende plaats van Nicholas Latifi geland. Alleen bij een stop in ronde 30 is een één-stop-strategie alweer de beste optie.
Kopgroep had opties
Zestien coureurs konden een efficiënte tweestopper dus al snel wegstrepen en dat kwam deels doordat de meeste teams terughoudend waren om zich eraan te wagen. Wellicht schrikten de gevallen van Aston Martin en AlphaTauri hen af of wilde niemand als eerste de trekker overhalen. We moeten namelijk onthouden dat naast die twee teams iedereen op medium of harde banden begon. De mogelijkheid voor een éénstopper was er voor hen dus altijd.
De overgebleven vier coureurs waren de leiders van de race. Zij hadden iets bredere opties voor strategieën. In ronde 20 zouden zowel Max Verstappen als Lewis Hamilton met een pitstop in de top-vier gebleven zijn. Hetzelfde gold voor Lando Norris. Alleen Valtteri Bottas was wellicht in de problemen gekomen. In ronde 25 zag het scenario er precies hetzelfde uit, alleen waren de marges op het middenveld nog iets groter. Na ronde 30 kwam zelfs Bottas in de gelegenheid om een stop te maken zonder daarbij de top-vier te verlaten.
Mercedes neemt geen risico's
Waarom nam Mercedes dan niet een gok door één van zijn coureurs op een tweestopper te zetten? Hierbij moet gezegd worden dat Hamilton uiteindelijk wél een tweestopper reed, maar dat deed omdat zijn schade ervoor zorgde dat zijn banden sneller sleten. Allereerst was de marge voor Hamilton in ronde 20 dusdanig klein, dat een enigszins matige stop hem al achter Ricciardo had geplaatst en dat is dan nog een veilige voorspelling. Gezien de moeite die Hamilton had om Norris in te halen, was het begrijpelijk dat die gok niet werd genomen. In ronde 25 was de nodige marge er wel, maar Verstappen had ondertussen een voorsprong van 10 seconden op de Brit.
Rijdend op de tweede plaats had een tweestopper dus geen plaatsen voor hem kunnen winnen. Het was pas ook op dit moment dat Verstappen de eerste echte bandenslijtage meldde over de boordradio. Winnen door harder te pushen met een tweestopper zat er daarom ook niet in voor Hamilton. De Nederlander kon zelfs tijdens het sparen van zijn banden goede rondetijden neerzetten. Niets wees erop dat bij een éénstopper de eindfase problemen zou gaan opleveren.
Zachter betekende niet sneller
Dat roept de vraag op of de zachtste compounds van Pirelli wel 'zacht genoeg' waren om de strategieën vergeleken met de GP van Stiermarken op te kunnen schudden. Beter gezegd, de zachtste banden konden waarschijnlijk te gemakkelijk gespaard worden om een éénstopper goed te kunnen laten werken. Het 'bandensparen' is een aspect van de Formule 1 waar de meningen veelal over verdeeld zijn. In het geval van de GP van Oostenrijk kan er met enige zekerheid gezegd worden dat de tegenstanders van sparen hun gelijk kunnen krijgen.
Zowel Hamilton als Verstappen reden in ronde 40 trager op de C3 compound dan ze deden op de C2 (één stap harder). De Red Bull-coureur was duidelijk zijn banden aan het sparen en reed 0.6 seconden langzamer per ronde dan in de GP van Stiermarken. Het verschil van 0.8 seconden bij Hamilton zou ook verklaard kunnen worden door de schade aan zijn auto. Het nadeel van de schade werd geschat op 0.7 seconden per ronde. Echter, dat compenseert het verschil in rondetijd niet, want we moeten onthouden dat Pirelli schat dat er tussen de C3 en C2 compounds al een dergelijk tijdsverschil hoort te zitten.
Als een coureur de ruimte kreeg en de mogelijkheid had om te pushen, was te zien dat er wel degelijk voordeel gehaald kon worden uit de zachtere compounds. Norris' tijd in ronde 40 was bijvoorbeeld 0.8 seconden sneller dan in de GP van Stiermarken. Maar niet iedereen had die luxe. Zo zat Perez bijvoorbeeld lang vast op het middenveld, passeren was bijna nooit mogelijk voor hem. Zijn rondetijden waren meer dan 0.7 seconden trager dan in de GP van Stiermarken. Het sparen van de banden en het later opnieuw proberen was de betere optie.
Niet zo interessant als Horner dacht
Wellicht dat het weer een rol speelde in het gemak waarmee veel coureurs hun banden konden sparen. De voorspelling was eerst dat men een vrij warm tweede weekend in Spielberg tegemoet zou gaan. Echter, op de dag van de race was het een stuk koeler. 'Het voelt een stuk kouder dan we hadden verwacht', zei Red Bull-teambaas Christian Horner vlak voor de start tegen Sky Sports F1. 'Het wordt interessant om te zien wat dat met de strategieën gaat doen.'
Interessant bleek het dus eigenlijk niet te zijn. Of misschien toch een beetje, want het was interessant hoe het experiment van Pirelli bijna compleet faalde. Op een circuit dat zo kort is als de Red Bull Ring is het niet efficiënt om een vroege stop te doen, zodat je voor een tweestopper kan gaan. Daarvoor kunnen de auto's elkaar helaas niet goed genoeg volgen. Met koelere temperaturen is het vervolgens makkelijker om een éénstopper te laten werken.
Tel daarbij op dat meerdere coureurs in een positie zaten waarin hun baanpositie zeer belangrijk was. Plus dat Aston Martin en AlphaTauri de concurrentie lieten schrikken van de gevolgen van een tweestopper. En natuurlijk dat niet elke coureur twee sets harde banden ter beschikking had. Dan heb je een behoorlijke lijst aan punten waarmee de voorspelling van Pirelli bekritiseerd kan worden. In een virtuele race, waarin iedereen als geesten door elkaar heen kan rijden, had de bandenfabrikant gelijk en misschien kunnen we het hen daarom ook niet kwalijk nemen. De voorspellingen komen nou eenmaal voort uit software en er zijn maar weinig races die met computers haarfijn kunnen worden uitgestippeld.
De fouten van Pirelli
Waarom zat Pirelli er dan zo ver naast met zijn voorspellingen? Er zijn twee belangrijke redenen voor. Allereerst gingen de banden langer mee dan verwacht en dat had te maken met de koeler dan verwachte temperatuur. De slijtage lag net iets lager en daarmee was een tweestopper voor iedereen die op de medium of harde band was gestart al bijna overbodig geworden. Met minimale bandenbesparing kon een pitstop na ronde 30 worden gerealiseerd. Pirelli had deze lagere temperatuur niet meegenomen in zijn voorspelling. Ook de teams zeiden er niet op te hebben gerekend.
Daarnaast had Pirelli niet goed ingeschat hoe dicht het veld bij elkaar zou zitten. Dit seizoen zijn de gaten kleiner dan voorheen en de top-tien zit qua rondetijden binnen een seconde van elkaar. Op een klein circuit als de Red Bull Ring laat dat weinig ruimte om in terug te vallen na een pitstop. De bandenfabrikant heeft gekeken naar de tijd die een coureur met een bepaalde strategie nodig zou hebben om de race te eindigen, zonder daarbij de omstandigheden mee te rekenen. Juist die omstandigheden maakten een grote impact op de strategie in Oostenrijk.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties