Ricciardo niet te spreken over regels bij herstart: 'Ze mogen wat meer open-minded zijn'

Daniel Ricciardo was niet zijn goedlachse zelve na de Grand Prix van São Paulo. De Australiër moest genoegen nemen met P13, maar vooral de regels in verband met de herstart na de rode vlag zorgden voor teleurstelling bij Ricciardo, die de striktheid van de wedstrijdleiding hekelde. 'Ze mogen wat meer open-minded zijn. Er is geen flexibiliteit meer.'

Ricciardo zag het allemaal gebeuren en was een passagier bij het incident in de eerste bocht tijdens de eerste ronde. De coureur van AlphaTauri kon enkel maar hopen dat hij er zonder kleerscheuren vanaf zou komen en aanvankelijk leek dat ook zo. Totdat de band van de gecrashte Alexander Albon plots in de lucht werd gekatapulteerd en de achtervleugel van Ricciardo stevig beschadigde. De wedstrijdleiding stuurde eerst nog de safetycar de baan op - ondertussen kwam de Australiër op het einde van de openingsronde de pits in om zijn wagen te laten herstellen - alvorens de rode vlag werd gezwaaid een ronde later. Plots had Ricciardo een ronde achterstand opgelopen en dat was niet bepaald naar zijn zin.

'Ik denk dat de herstart een fout in de regels blootlegde. Ik kreeg te horen dat ik een ronde achterstand had opgelopen, maar naar mijn gevoel werd er geen raceronde afgewerkt na de crash', meent Ricciardo, die hetzelfde lot moest ondergaan als landgenoot Oscar Piastri. 'Oscar en ik zijn hier op zondag slachtoffer van geworden.' De Australiër van AlphaTauri gaf na afloop aan dat hij de voorkeur geeft aan het toepassen van de geest van de wet, in tegenstelling tot de regel, zoals zondag volgens hem het geval was. 'Ik vind dat ze (de wedstrijdleiding, red.) een beetje meer open-minded mogen zijn. Ik wil het team helpen om de zevende plaats in het constructeursklassement veilig te stellen, en dus is het jammer dat de regels zo geschreven zijn. Er is geen flexibiliteit meer.'

Geluk bij een ongeluk

Ricciardo besefte achteraf ook wel dat het incident een heel stuk erger had kunnen aflopen. Uiteindelijk was het "maar" zijn achtervleugel die schade opliep. De losgekomen band van Albon had voor hetzelfde geld op hem kunnen terecht komen, en dat wil je niet meemaken als coureur. 'Ik zag plots een band door de lucht frisbeeën en alsmaar dichterbij komen. Mijn instinct was om mijzelf zo veel mogelijk te bukken. Ik voelde uiteindelijk niets dus ik dacht cool, maar na bocht één keek ik in mijn spiegels en zag ik dat mijn achtervleugel beschadigd was', herinnerde Ricciardo zich.

Dat AlphaTauri snel was in Brazilië zondag maakte het nog wat moeilijker voor Ricciardo om vrede te nemen met het resultaat. Zijn teamgenoot Yuki Tsunoda eindigde negende, net in de punten dus, en dat had de Australiër ook wel zien zitten. 'We waren uitzonderlijk snel. Ik kon het niet altijd tonen omdat ik een ronde achterstand had. Ik moest voortdurend uitkijken dat ik niet in de weg van Yuki of andere coureurs reed. Naar het einde toe had ik vaker clean air en dan kon ik mijn echte snelheid tonen. Die was frustrerend hoog.'