Marko viert derde wereldtitel Verstappen: 'Maar morgen moet er gewonnen worden'

Max Verstappen heeft zich zaterdag tijdens de sprintrace in Qatar tot wereldkampioen gekroond. De Nederlander beleeft een überdominant seizoen met Red Bull Racing, dat vorige week in Japan al de constructeurstitel veroverde, en heeft nu ook de mathematische zekerheid over zijn derde wereldtitel. Een bekroning op een fantastisch seizoen, zo ziet ook Helmut Marko. De Oostenrijker kwam na afloop superlatieven tekort voor zijn coureur, maar waarschuwde dat de kous daarmee nog niet af is. Morgen moet er namelijk nog gewonnen worden.

'Het is ongelooflijk', zei een uitbundige Marko tegen Viaplay. De tachtigjarige adviseur glunderde als nooit tevoren, maar vond het toch ook jammer dat de derde wereldtitel van Verstappen niet gevierd kon worden met een overwinning. 'De safety car verpestte onze kans om de volle buit te pakken vandaag. We hadden voor de overwinning kunnen gaan, maar we zijn wereldkampioen en dat is alles dat telt.'

Marko komt superlatieven tekort voor de drievoudig wereldkampioen en staat naar eigen zeggen nog steeds versteld van wat de Nederlander week in week uit laat zien. 'Ik ken hem al tien jaar', zei de Oostenrijker, 'en er komt gewoonweg geen einde aan. Hij blijft mij verbazen. Het is ongelooflijk hoe goed hij is.' Marko had haast na afloop van de sprintrace en leek zo snel mogelijk te willen vieren met de man om wie het allemaal draait. Over Pérez, die uitviel door een onfortuinlijke crash, werd geen woord gezegd.

Vieren mag, maar...

Die derde wereldtitel moet gevierd worden, maar toch is de opdracht nog niet volledig volbracht voor Marko. De adviseur van teambaas Christian Horner weet dat er morgen nog gewonnen moet worden en daar zal volle concentratie en inzet voor nodig zijn, zo toonde de sprintrace aan. 'We zullen een klein feestje bouwen in het hotel', gaf Marko te kennen. 'We willen de race morgen hoe dan ook winnen en dus moeten we fit blijven. Met een licht hoofd kan je niet volledig geconcentreerd zijn', lachte hij.