De Triple Crown; misschien wel de meest begeerde prijs die er in het racen te behalen valt, terwijl deze niet eens écht bestaat. Wie de Grand Prix van Monaco, de 24 uur van Le Mans én de Indianapolis 500 wint, legt beslag op de Triple Crown. Vele coureurs probeerden het, één iemand lukte het ook daadwerkelijk: Graham Hill. Wat maakt de mystiek achter deze 'prijs' en wie waren de rijders die de poging waagden?
De Triple Crown kan beter een mijlpaal dan een echte prijs genoemd worden. Coureurs krijgen er geen speciale trofee voor en de FIA erkent de Triple Crown ook niet officieel. Toch is de term van enorme betekenis in de racerij, omdat de drie belangrijkste autosportevenementen ter wereld ervoor gewonnen moeten worden en er slechts één iemand is die dat ook daadwerkelijk voor elkaar kreeg.
Even terug naar de drie races en waarom die gewonnen moeten worden voor de Triple Crown. De reden is eigenlijk heel simpel: de Grand Prix van Monaco, de 24 uur van Le Mans en de Indianapolis 500 worden gezien als de belangrijkste autosportraces ter wereld. In elk van hun raceklasse worden die races gezien als de ultieme beproeving bínnen die klassen. De Monegaskische Grand Prix is bijvoorbeeld de ultieme Formule 1-beproeving, met haar nauwe parcours en de uiterste concentratie die nodig is om überhaupt te finishen.
De 24 uur van Le Mans is weer de ultieme beproeving in het langeafstandsracen. Waar veel van die races zes uur, acht uur of twaalf uur duren, gaat men op het Circuit de la Sarthe de klok rond. Ook de 24 uur van Sebring duurt de hele dag, maar die mist toch de allure die Le Mans wel heeft. De Indy 500 op haar beurt is weer het kroonjuweeltje van de IndyCar, dé formuleklasse van de Verenigde Staten. De Indy 500 is daarin de verpersoonlijking van het racen op ovals, met haar iconische brickyard, listige parcours en erg lange duur.
Graham Hill koning van Monaco, Indy en Le Mans
Zoals eerder vermeld is wijlen Graham Hill de enige coureur die alle drie de races wist te winnen. In de Formule 1 stond hij al bekend als Mister Monaco, met zijn vijf zeges in de zestiger jaren. Nog tijdens zijn Formule 1-carrière voegde hij er in 1966 en 1972 respectievelijk de 24 uur van Le Mans en de Indianapolis 500 aan toe. Hoewel hij ook tweevoudig wereldkampioen werd in de koningsklasse van de autosport, wordt dat niet meegeteld, gezien de Triple Crown puur om de races gaat.
Het zegt veel dat Hill na bijna vijftig jaar nog steeds de enige is die de felbegeerde mijlpaal heeft behaald. Dat betekent niet dat er geen coureurs waren die wel heel dichtbij kwamen. Voor Hills tijd waren dat bijvoorbeeld Tazio Nuvolari en Maurice Trintignant, die beiden wel Le Mans en Monaco wonnen, maar niet de Indianapolis 500.
Veel coureurs namen eigenlijk niet écht een serieuze poging zich naast Hill te vestigen. Vaak 'kwam het er toevallig van'. Denk bijvoorbeeld aan iemand als Jacques Villeneuve, winnaar van de Indianapolis 500 in 1995, maar geen succes in Monaco en Le Mans. Van Juan Pablo Montoya kan zelfs nog afgevraagd worden waarom hij uiteindelijk nooit een zitje heeft veroverd bij het jarenlang dominerende Toyota in het WEC, het kampioenschap waar de 24 uur van Le Mans onder valt. De Colombiaan won de Indianapolis 500 in 2000 en 2015 en de Grand Prix van Monaco in 2003. Zeker nu is de 24 uur van Le Mans, gezien de Mercedes-achtige dominantie van Toyota in het WEC, de makkelijkst te winnen race van de drie. Het kwam er simpelweg niet van voor Montoya, zo blijkt.
Voor Fernando Alonso kwam het er wel van. Als tweevoudig winnaar van de Grand Prix van Monaco (2006 en 2007) wist hij tegen het einde van zijn (eerste) Formule 1-carrière wat hij wilde: de Triple Crown winnen. Hoewel hij het in eerste instantie niet letterlijk benoemde, werd zijn ambitie duidelijk toen begin 2017 het nieuws naar buiten kwam dat hij de Grand Prix van Monaco zou skippen om zijn heil eenmalig te beproeven in de Indianapolis 500, die traditioneel op dezelfde dag verreden wordt. Hoewel Alonso indruk maakte in de McLaren, hij reed zelfs aan de leiding, viel hij uit met motorische problemen.
Fernando Alonso hoeft alleen nog maar de Indy 500 te winnen en dan mag hij zich naast Hill vestigen.
Hill nog jaren in recordboeken
Alonso zou uiteindelijk ook de enige worden die ook écht een poging deed zich naast Hill te voegen in de geschiedenisboeken. Na zijn mislukte, maar dappere poging in 2017 probeerde de tweevoudig Formule 1-wereldkampioen het weer in 2019. Het werd een drama van jewelste, want met zijn McLaren wist hij zich niet eens te kwalificeren voor de Indianapolis 500. Die plannen gingen daarom de ijskast in, waarna Alonso zich verbond aan Toyota om 'even' Le Mans af te vinken. Dat lukte zonder al te veel moeite in 2019 en 2020, vooral door het gebrek aan concurrenten in het WEC. Gezien de Spanjaard per 2021 weer Formule 1-coureur is, lijken zijn Triple Crown-plannen even op een lager pitje te staan, tenzij hij een '2017'tje' doet.
Zodoende blijft Hill de enige coureur die ze alle drie én dus de Triple Crown wist te winnen. En waarschijnlijk blijft hij dat nog wel voorlopig. Het zegt wat over de veelzijdigheid van de besnorde Brit, die overal waar hij reed races wist te winnen, en eigenlijk ook over de schier onmogelijkheid om in één carrière alle drie de wedstrijden te winnen.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties