Het ongelofelijke sprookje van Jenson Button en Brawn GP

Het is vandaag (zondag) precies elf jaar geleden dat Jenson Button zijn eerste en enige wereldtitel behaalde in de Formule 1. Hoe anders was de wereld tien maanden daarvoor, toen het nog maar de vraag was of de nu veertigjarige Brit in 2009 überhaupt wel op de grid zou staan. Een korte reconstructie van het bizarre verhaal van Buttons 2009-seizoen en Brawn GP, het team waar hij dat jaar voor reed.

Williams, Benetton, Renault, BAR en Honda; een aardig rijtje teams die Button tussen 2000 en 2008 diende. De coureur stond bekend als één van de grotere talenten die de racerij kende, maar toen hij langzaam de dertig naderde, was zijn palmares wat mager: één zege en drie poles. Zijn beste jaar was 2004, toen hij mede dankzij een tiental podiumplaatsen derde werd in het WK achter Ferrari-coureurs Michael Schumacher en Rubens Barrichello.

Tussen 2006 en 2008 kwam Button uit voor het fabrieksteam van Honda, dat in het eerstgenoemde jaar de BAR-renstal overnam. Het team viel als een baksteen door de pikorde. Waar Button in 2006 een zege scoorde op de Hungaroring, pakte hij in 2007 slechts zes punten en in 2008 een schamele drie. In Japan zagen ze het met lede ogen aan en dus werd in december 2008, mede gesterkt door de economische crisis die er toen woedde, besloten per direct de stekker uit het Formule 1-project te trekken.

Brawn redt de boedel

En dus zaten Button en teamgenoot Rubens Barrichello opeens zonder team, en dat terwijl het 2009-seizoen er met rasse schreden aan zat te komen. Verschillende kopers waren geïnteresseerd, maar van een overname kwam het er telkens maar niet. Uiteindelijk was het Ross Brawn, de laatste teambaas van Honda, die met een consortium op het allerlaatste moment de failliette boedel overnam. Op 17 maart 2009, amper een anderhalve week voor de start van het nieuwe seizoen, veranderde het team officieel van naam en werd het Brawn GP.

Ondanks de korte voorbereidingstijd kende het team weinig organisatorische problemen. Honda bouwde in 2008 al vroeg aan de 2009-bolide. Er werd een Mercedes-motor ingeschroefd en tijdens de wintertests bleek het nog eens een uitstekende auto te zijn, met dank aan de dubbele diffuser achterop. Enkel Brawn GP, Williams en Toyota waren daarmee uitgerust en hadden een groot voordeel op gebied van downforce. Volgens Mike Gascoyne, die samen met Vijay Mallya Force India runde, gaf de dubbele diffuser alleen al een voordeel van ruim een halve seconde per ronde.

Uitstekende seizoenstart

De optimistische geluiden naar aanleiding van de wintertests bleken in Australië, waar traditiegetrouw de eerste race verreden werd, niet onterecht. Button en Barrichello domineerden de kwalificatie en bezetten de eerste startrij. En dat voor een gloednieuw team! In de race werd Button geen seconde bedreigd en zodoende reed hij naar zijn eerste seizoenzege en de tweede overwinning van zijn loopbaan. Opeens was het eeuwige talent een titelkandidaat.

Het succes op Melbourne bleek geen incident, want Button startte het seizoen als een trein. Van de eerste zeven races werden er zes gewonnen. Niet alleen in Australië zegevierde de Brit, ook in Maleisië, Bahrein, Spanje, Monaco en Turkije mocht hij de bovenste podiumtrede betreden. Na de zevende race van het seizoen in Turkije leidde Button het kampioenschap al met 61 punten tegenover de 35 van nummer twee Barrichello. Red Bull Racing-coureur Sebastian Vettel volgde met 29 punten. Let wel: voor een overwinning kon je in 2009 nog maximaal tien punten verdienen.

Na Turkije sloeg de klad er echter in. Teams gingen in protest tegen de superieure dubbele diffuser, maar Brawn GP kreeg gelijk: het onderdeel was legaal. Gewonnen zaak, zou je dan denken. Zij het niet dat andere teams dus ook de dubbele diffuser mochten implementeren en dat deden ze ook massaal. Halverwege het seizoen was Brawn GP het voordeel kwijt en keerden traditionele topteams als Ferrari en McLaren na een slechte seizoenstart terug aan de top.

Daarnaast viel de algehele ontwikkeling van de BGP 001 wat tegen. In het middenstuk van het seizoen kwam Button geen seconde in de buurt van een podium, al won Barrichello nog wel twee races. Tussen de Grands Prix van Groot-Brittannië en België noteerde de 29-jarige Brit twee zevende plaatsen, een P5, een P6 en een uitvalbeurt. Matig voor een kampioenskandidaat. Pas in Italië, de race na België, mocht hij met een P2 het podium weer op.

Ondertussen bleven titelconcurrenten Barrichello, Vettel en Mark Webber uitstekende resultaten scoren. Button profiteerde echter enorm van zijn uitstekende eerste races. Voor de één-na-laatste race in Brazilië mocht Button, die op dat moment 85 punten had, maximaal vier punten toegeven op zijn teamgenoot om kampioen te worden. Vettel had alleen nog kans op de titel als hij P1 of P2 pakte. Dat gebeurde echter niet en dus was de Duitser klaar wat betreft de titelstrijd.

Barrichello was vooraan het veld te vinden, terwijl Button rond P6 lag. Een plotselinge lekke band gooide vervolgens roet in de titelaspiraties van de Braziliaan, die terugzakte naar P8. Button finishte uiteindelijk als vijfde en mocht zich zodoende kampioen van 2009 noemen. 'We are the champions', luidde de jubilerende boordradio. De laatste race in Abu Dhabi was er één om den keizers baard. Als kersvers kampioen mocht Button laten zien wat hij kan zonder druk. Tweede finishen was uiteindelijk hetgeen wat hij deed.

Button redt zijn Formule 1-carrière

Wie in februari 2009 had gezegd dat het Jenson Button zou zijn die acht maanden later de kampioenstrofee omhoog zou houden, werd compleet voor gek verklaard en nooit meer serieus genomen. Button, Brawn en eigenlijk ook Honda bereikten echter het onmogelijke. Niet alleen werd de coureurstitel mee naar Brackley genomen, maar ook nog eens de constructeursbeker. Buttons carrière was gered.

Uiteindelijk zou Brawn GP na één zeer succesvol jaar verdwijnen uit de Formule 1. Button vertrok naar McLaren, terwijl Brawn zijn team verkocht aan Mercedes. En, nou ja, de rest is geschiedenis laten we dan maar zeggen. (foto: Red Bull Content Pool / Getty Images)