Fernando Alonso draait al meer dan twintig jaar mee in de Formule 1 en zal later dit jaar de eerste coureur zijn die in 400 Grands Prix van start is gegaan, meer dan een derde van alle Grands Prix ooit in de Formule 1. De Spanjaard weet dus als geen ander wat er de afgelopen twintig jaar allemaal is veranderd en hoe ook de coureurs anders te werk gaan. Alonso is niet over alle veranderingen even enthousiast.
Na de Grand Prix van Groot-Brittannië staat het aantal verreden Grands Prix in de Formule 1 op 1.113 en aan 389 daarvan deed een zekere Fernando Alonso mee, bijna 35 procent van alle races. De Spanjaard debuteerde in 2001 en won in 2005 en 2006 het wereldkampioenschap, om vervolgens nog drie keer heel dichtbij te komen. Hoewel dit inmiddels als jaren geleden is, geeft Alonso zelf aan niet minder hongerig te zijn geworden. Zo’n twintig jaar geleden werd aan de tweevoudig wereldkampioen gevraagd wat zijn doel was. ‘Ik wil dat elke andere coureur naar me kijkt en zegt: hij is de beste’, luidde zijn antwoord destijds. ‘Dat vind ik nog steeds’, zegt Alonso nu in een interview met Financial Times.
Alonso barst nog altijd van het zelfvertrouwen
De Aston Martin-coureur blikt terug op de afgelopen twintig jaar en ziet dat een aantal van zijn doelen behaald zijn. ‘De kampioenschappen’, noemt hij als voorbeeld. Aston Martin en hun toekomstige motorpartner Honda gaven al eens aan dat een derde kampioenschap voor Alonso nog mogelijk is en daar lijkt de bijna 43-jarige zich bij aan te sluiten. ‘Ik kan nog steeds mooie dingen bereiken als ik het juiste materiaal heb. Ook als de auto niet 100 procent is, moeten ze me in de gaten blijven houden, want ik blijf een vechter’, aldus de Spanjaard, die dit in het verleden al eens bewees in het titelgevecht met Sebastian Vettel van Red Bull Racing.
De nestor van de grid merkt vooral buiten de baan verschil. ‘In de bolide veranderde er niet veel. Wanneer ik mijn vizier dichtdoe, is het weer net als twintig jaar geleden’, meent Alonso. ‘Ik vind het buiten de auto nu wat leuker dan toen’, zegt hij eerlijk. ‘Het contact met de fans, zelfs sponsorevents. Vroeger vond ik het vooral een afleiding, maar nu kan ik het meer omarmen’, legt hij verder uit wat hij bedoelt. ‘Het voelt nu meer als onderdeel van deze job.’
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Alonso deelde vorig jaar meerdere malen het podium met Max Verstappen, maar liep al rond in de Formule 1 toen zijn vader Jos Verstappen daar nog actief was als coureur. Op dat gebied merkt de Spanjaard ook een groot verschil. ‘De oude generatie was wat oprechter’, vindt de man van Aston Martin. ‘Ze waren anders van karakter, ze hadden een andere aanpak wat betreft het racen maar ook in het leven’, voegt hij toe. ‘Ze waren hele lastige concurrenten’, blikt hij terug op de tijd dat hij de grid deelde met coureurs als Michael Schumacher en Mika Häkkinen.
Huidige coureurs tonen minder persoonlijkheid
Dat wil niet zeggen dat de huidige generatie coureurs geen geduchte tegenstanders zijn. ‘Ze zijn nu getalenteerder, misschien vanwege de voorbereiding, de rijdersacademies, het werk in de simulator, de technologie en de data die nu ter beschikking staat’, somt Alonso op. ‘Ze zijn beter voorbereid’, stelt hij vast. Naast de baan merkt hij ook verschil. ‘Ze hebben mensen die het woord doen voor hen en mensen die zorgen voor hun management en de media’, valt de ervaren Spanjaard op. ‘Ze zijn goed voorbereid, maar misschien hebben ze hun eigen persoonlijkheid een beetje verloren’, sluit Alonso af.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties