Lando Norris schrok afgelopen weekend tijdens de Grand Prix van Australië van de hoeveelheid luchtweerstand die zijn McLaren genereert, zelfs met de DRS-klep open. De Engelsman ziet dat het openen van de achtervleugel effect heeft, maar bij lange na niet zoveel als bij andere teams.
Norris werd zesde na een hectische slotfase, maar makkelijk ging dat bepaald niet. Het gebrek aan hulp van zijn DRS hielp niet mee. 'Ik kon wel tegen ze racen en kon ze daadwerkelijk inhalen, wat waarschijnlijk een van de grootste uitdagingen was waar we rekening mee hielden omdat onze topsnelheid zo slecht is', zegt Norris tegen de Nederlandse tak van Motorsport.com. 'Maar ik haalde (Nico) Hülkenberg in en had een goede race met hem.'
Soms ging het dus wel positief, maar het neemt niet weg dat de DRS McLaren momenteel niet verder helpt. 'Ik denk dat het ons helpt om geen DRS te hebben. We waren geschokt om te zien hoe slecht we waren met DRS en hoe draggy de auto is als we de DRS openen. We lopen een paar kilometer per uur in, maar andere auto's winnen wel tien tot vijftien kilometer per uur. Voor ons is het een ander verhaal.'
McLaren vooral benadeeld tijdens F1-kwalificatie, maar begrijpt DRS-probleem
Met name tijdens de kwalificatie merkt Norris het nadeel van zijn DRS-systeem op. 'Zaterdag is onze grote zwakte op dit moment. Zeker als je vier DRS zones hebt, is dat niet in ons voordeel', wijst de jonge Engelsman naar het feit dat er in Australië meer DRS-zondes waren dan normaal. McLaren begrijpt het probleem volgens zijn coureur wel. 'En we proberen uit te werken hoe we het beter en efficiënter kunnen maken. Het zal nog wel even duren voordat we zoveel kunnen verbeteren. We proberen het, maar zo'n moeizame zaterdag maakt ons leven zwaarder op zondag.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties