'Hij won alleen, omdat hij de snelste auto had', is een veelgehoorde uitspraak in de Formule 1. Als een coureur domineert, roepen fans van andere coureurs al snel dat dit te maken had met het materiaal. Toch eindigen de beste coureurs doorgaans in de beste auto's: Ayrton Senna, Alain Prost, Michael Schumacher, Lewis Hamilton en Max Verstappen hebben stuk voor stuk beschikking gehad over dominante bolides. Toch heeft Verstappen voor de tweede keer kans op een wereldtitel, waarbij hij over het hele seizoen bekeken vermoedelijk niet de beste auto had.
Welk team de beste auto heeft, is helaas lastig vast te stellen, maar sinds 1958 is dan ook het constructeurskampioenschap in het leven geroepen om te beoordelen welk team haar zaakjes het beste voor elkaar had. Dit jaar wordt het teamkampioenschap voor de 67e keer georganiseerd, en in de voorgaande 66 edities kwam het slechts elf keer voor dat de constructeurskampioen niet ook de coureurskampioen leverde.
Prestigieuze titels
De teams zullen uiteraard altijd het liefste de dubbel pakken, en de coureurs bij voorkeur ook wel, maar als je Verstappen vraagt welke titel voor hem het meest betekent, zal hij altijd voor de zwaarbevochten titel uit 2021 gaan, deels omdat dit zijn eerste was, maar daarnaast ook omdat Lewis Hamilton en Mercedes het bepaald niet makkelijk voor hem maakten. In Abu Dhabi stond men bij Red Bull feest te vieren, terwijl er een grafstemming heerste bij concurrent Mercedes, vlak na het behalen van de constructeurstitel.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
De film Rush is bij de meeste Formule 1-fans wel bekend: zo'n twee uur lang leef je als kijker toe naar de ontknoping waarbij James Hunt uiteindelijk wereldkampioen wordt, maar dat de constructeurstitel uiteindelijk naar het Ferrari van Niki Lauda gaat, komt totaal niet in het verhaal voor. Het moge duidelijk zijn: de jaren waarin de constructeurskampioen niet de coureurskampioen levert, zijn vaak memorabele seizoenen.
Tien coureurs slaagden er al in om de titel te winnen, ondanks dat zij op papier niet de beste auto hadden: Michael Schumacher, Alain Prost, Lewis Hamilton, en Jackie Stewart zijn stuk voor stuk ware grootheden, die dit één keer voor elkaar kregen. Max Verstappen sloot in 2021 in dat rijtje aan, en vanwege de recente vormdip van Red Bull ligt de 27-jarige coureur op schema om dat dit jaar voor de tweede keer te doen. Hij verdedigt namelijk 52 punten voorsprong op Lando Norris, terwijl Red Bull inmiddels op 41 punten achterstand van McLaren staat.
De tekst gaat verder onder de tabel.
Zoals in de bovenstaande tabel te zien is, is slechts één coureur erin geslaagd om meerdere wereldtitels te pakken, zonder dat zijn werkgever in dat seizoen ook de titel greep: Nelson Piquet, de schoonvader van Max Verstappen. Op 15 oktober 1983, vandaag precies 41 jaar geleden, pakte de Braziliaan zijn tweede wereldtitel, en net als twee jaar eerder greep werkgever Brabham naast de hoofdprijs. Als Verstappen en McLaren in de komende weken standhouden, zal Verstappen samen met Piquet deze bijzondere statistiek delen, waaruit het talent van de coureur overduidelijk wordt.
Verstappen versus Piquet
In de overige statistieken is Verstappen zijn schoonpapa overigens al de baas, zeker als hij dit jaar inderdaad voor de tweede keer kampioen wordt, zonder dat Red Bull hetzelfde mag zeggen. Piquet pakte in 1987 zijn derde en laatste wereldtitel, terwijl de teller bij Verstappen in dit geval op vier wereldtitels zou komen te staan. Ook wat betreft het aantal Grand Prix-deelnames staan beide mannen bijna op dezelfde hoogte: Piquet reed 204 Grands Prix, en Verstappen zal dat aantal komend weekend in Austin ook aantikken.
Verstappen staat wel al op 61 overwinningen, ruimschoots meer dan de 23 zeges van Piquet, die met zijn zestig podiumplekken ook ver achterblijft bij de 109 trofeeën van Verstappen. Piquet werd echter in 1980 wel vice-wereldkampioen, terwijl Verstappen nog nooit tweede eindigde in het kampioenschap. Dat is zeer opvallend te noemen, want Verstappen is daarmee de enige van de zeventien meervoudige wereldkampioenen, die nog nooit vice-wereldkampioen werd. De Nederlander zal er dit jaar ook alles aan doen om dat te vermijden. Alain Prost en Stirling Moss eindigden het vaakste tweede in de titelstrijd: Prost won daarnaast ook vier titels, terwijl Moss de hoofdprijs nooit greep.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties