Interview | Van der Zande: ‘Als je iets in de autosport wil, moet je Alonso bellen’ Interviews
Interviews

Interview | Van der Zande: ‘Als je iets in de autosport wil, moet je Alonso bellen’

Interview | Van der Zande: ‘Als je iets in de autosport wil, moet je Alonso bellen’

Renger van der Zande had tijdens de 24 uur van Daytona 2022 het geluk niet aan zijn zijde. Na in 2019 en 2020 zege te vieren te Daytona Beach, liep zijn DPi-team in de afgelopen editie een achterstand op die niet meer goed te maken was. Zonde, want met de uitstekende line up van Cadillac Racing had er zeker meer in gezeten. In gesprek met F1Maximaal.nl belicht Van der Zande het raceweekend in Daytona, wat voor gevolgen de lastige start van het jaar heeft voor de rest van zijn IMSA-seizoen, en wat het geheim is achter de klasse van Fernando Alonso. Toen Van der Zande de 2019-editie van de endurancerace won, deed hij dit immers met de tweevoudig Formule 1-wereldkampioen naast zich.

De 24 uur van Daytona 2022 begon voor Van der Zande en zijn drie medecoureurs uitstekend. In de openingsfase werd duidelijk dat de #01 Ganassi Cadillac de snelheid had om mee te racen voor de klassezege, en dus ook de eindzege. De Daytona Prototype International, ook wel DPi-klasse, is namelijk de snelste klasse van het jaarlijkse evenement. Qua relatieve snelheid aan de rest van het veld is het een beetje te vergelijken met de Hypercar-klasse van de 24 uur van Le Mans. Het materiaal was er voor Van der Zande dus zeker om voor zijn derde Daytona-eindoverwinning te gaan.

Daarnaast deelde hij de Cadillac DPi-V.R met Sébastien Bourdais (meervoudig Daytona en Sebring-winnaar), Scott Dixon (zesvoudig IndyCar-kampioen) en kersverse IndyCar-kampioen Álex Palou. Een viertal coureurs dat onder de juiste omstandigheden absoluut een gooi kon doen naar de hoofdprijs van het illustere evenement. Het ereschavot zat er voor Van der Zande helaas niet in. ‘Tja, het is natuurlijk altijd zonde wanneer je de race vroegtijdig moet staken vanwege een technisch probleem’, laat hij optekenen. ‘We kregen op een gegeven moment een probleem met een actuator. Als zo’n onderdeel er mee stopt dan doe je daar niets aan. Zonde, want we hadden natuurlijk ook een hele mooie line-up, hè..’

‘In de autosport gaat er nou eenmaal wel eens wat kapot, dat hoort er allemaal bij’

‘Enduranceracen is natuurlijk een deel van autosport, en in de autosport gaat er nou eenmaal wel eens wat kapot. Dat hoort er allemaal bij’, zo accepteert Van der Zande het feit dat zijn team uiteindelijk met een achterstand van 39 ronden over de eindstreep kwam, en als zevende eindigde in de DPi-klasse. Het technische probleem moest ter plekke gerepareerd worden, en daar ging veel tijd in zitten. Tijdens een full course yellow, de IMSA-variant van de gele vlag van de Formule 1, doken de DPi’s massaal de pitstraat in voor een bandenwissel. In eerste instantie leek de Cadillac-bolide dit ook te doen, maar plots schoot het team de pitbox in. ‘Er ging een actuator stuk, en daardoor verlies je langzaam power. Je weet dat je daar de race dus niet mee uit kan rijden..’

Het was voor de Nederlandse kijker schrikken toen de Cadillac van Van der Zande plots de pitbox inschoot, en niet voor een bandenwissel ging onder de full course yellow. (Courtesy of IMSA)
Het was voor de Nederlandse kijker schrikken toen de Cadillac van Van der Zande plots de pitbox inschoot, en niet voor een bandenwissel ging onder de full course yellow. (Courtesy of IMSA)

Binnen het team heerste de hoop nog dat het mankement relatief gemakkelijk weg te werken was. Was dat het geval geweest dan had men de zege zeker nog in zicht. Tijdens de 24 uur van Daytona schuift het veld in elkaar wanneer er sprake is van een full course yellow; een achterstand van een ronde of twee is dus nog prima dicht te rijden met een beetje geluk. Met dit feit in het achterhoofd besloot Cadillac Racing tijdens een gele vlag haar reparatiewerkzaamheden te initiëren. ‘Als je onder een groene vlag de pitstraat inrijdt, verlies je heel veel tijd’, zo licht Van der Zande de keuze toe om op dat specifieke moment terug te keren naar de garage.

‘We hadden nog gehoopt dat we het heel snel zouden kunnen fiksen. We doken dus tijdens de full course yellow naar binnen in de hoop niet te veel tijd te verliezen, maar helaas pindakaas. Het werd veertig ronden lang repareren. We kenden een probleem en we wisten dat we de finish met dat probleem niet zouden halen’, vervolgt de coureur uit Dodewaard. Het was dus al langer duidelijk dat de wedstrijd niet uit te rijden was. Strategisch poogde het team van Chip Ganassi het hoofd boven water te houden, maar een achterstand was niet te voorkomen. ‘Je weet dat wanneer zo’n reparatie lang duurt, je race eigenlijk voorbij is.’

‘Als je Daytona wint, is eigenlijk je hele seizoen al goed’

Zodra de DPi-bolide in de garage stond, gingen de monteurs aan de slag. Niet met stress, chaos of gerace door de garage, maar met een koel hoofd en een duidelijk doel voor ogen. ‘Er heerste op dat moment vooral rust’, herinnert de IMSA-kampioen van 2016 zich. ‘Het team is heel erg goed en ze wisten precies wat ze moeten doen en hoe ze het aan moesten pakken. Op dat moment verlegt het team de focus echter wel een beetje op de zusterauto, de nul-twee, dus dan kijken ze of ze die kunnen helpen. Die kregen op een gegeven moment ook problemen waardoor ook zij veel ronden achter kwamen te liggen. Ja, dan is zo’n race verloren en Chip (Ganassi, red.) vertrok dan ook niet veel later weer in zijn privéjet, want die dacht: dit is gewoon helemaal kut.’

Enduranceracen is soms genadeloos. Het lot van de heren die in hun carrière de 24 uur van Le Mans weten te winnen, wordt ook wel als volgt omschreven: ‘You don’t win Le Mans, Le Mans chooses who wins.’ Met andere woorden: hoe goed je je ook voorbereidt, je hebt ook altijd een beetje geluk nodig. ‘Ja, dat is een cryptische en ook wel een beetje romantische manier om het te verwoorden’, stemt Van der Zande in. ‘Het is een technische sport, alle kleine tandwieltjes moeten 24 uur goed draaien en werken. Als er eentje stilvalt, dan houdt het op. Het zou niet mogen gebeuren, maar het is wel gebeurd, en daar kunnen we alleen maar beter van worden.’

Cadillac Racing maakt een pitstop op Daytona International Speedway waarbij de voorruit van de bolide schoongemaakt wordt. (Courtesy of IMSA)
Cadillac Racing maakt een pitstop op Daytona International Speedway waarbij de voorruit van de bolide schoongemaakt wordt. (Courtesy of IMSA)

Jammer om nou net punten te laten liggen op Daytona International Speedway, want het IMSA-kampioenschap is daar geopend met het grootste evenement van het jaar. ‘We beginnen met Daytona, maar daarna is er nog een heel seizoen om voor prijzen te strijden. Sebring is natuurlijk een hele mooie volgende. Als je Daytona wint, dan is eigenlijk je seizoen al goed, en als je Daytona niet wint, loop je qua punten in het kampioenschap ook meteen al een achterstand op. Het kan voordelen hebben en het kan nadelen met zich meebrengen. Het voordeel is dat je alle andere races vol gas kan rijden en wat agressiever kan racen. Als je Daytona wint, heb je de grootste prijs al binnen, en sowieso een flinke puntenvoorsprong. Het is jammer dat we ‘m niet gewonnen hebben, maar er liggen nog heel veel mooie kansen dit jaar.’

Zegevieren met Fernando Alonso

In 2022 greep Van der Zande in Florida dus naast de prijzen, maar hij heeft hoe dan ook de eindzeges van 2019 en 2020 nog om de pijn te verzachten. Tweemaal wist hij de 24uursrace namelijk al te winnen, waarvan één keer in samenwerking met Formule 1-coureur Alonso. De Spanjaard heeft gedurende het 2021-seizoen laten zien dat hij nog steeds waanzinnig mee kan komen met de F1-grid, ondanks het feit dat hij sinds het vertrek van Kimi Räikkönen gepromoveerd is tot oudste coureur van de grid. Denk maar eens aan de Grand Prix van Hongarije, waarin hij ronde na ronde op heldhaftige wijze Lewis Hamilton van zich af sloeg. Leeftijd lijkt bij Alonso geen rol te spelen, terwijl niet over al zijn ervaren collega’s hetzelfde kan worden gezegd.

Wat is het nou precies dat Alonso zo speciaal maakt? ‘Hij is best wel puur en best wel rauw’, weet Van der Zande, die hem op professioneel gebied meegemaakt heeft. ‘Hij heeft ontzettend veel talent en een ongelooflijke werkethiek. Hij werkt gewoon keihard. Het enige wat er voor Alonso telt, is autosport. Hij is de hele dag bezig. Als hij bijvoorbeeld deelneemt aan een simulatorwedstrijd dan schrijft hij zich in, en vervolgens zit hij dan ook gewoon dagen in de simulator. Hij is bloedfanatiek, en dat maakt hem bijzonder. Als je dan het talent hebt wat hij heeft, en dan óók nog die werkethiek die hij heeft, dan heb je wel een hélé sterke coureur.’

Achter het stuur heeft Alonso bewezen dat die werkethiek zich uitbetaalt, maar ook in de garage is de invloed van de Asturiër duidelijk te merken: ‘Je ziet het in hoe hij met zijn ingenieurs werkt: hij zit er bovenop’, deelt Van der Zande. ‘Hij deed bij ons mee op Daytona en voordat we elkaar ontmoet hadden, was hij al vol met de ingenieur in gesprek over hoe dingen werkten en over hoe processen verliepen. Hij was continu op zoek naar verbetering. Geen excuusjes over waarom dingen niet lukken, maar vragen stellen: hoe kunnen we dit oplossen? Die combinatie tussen hard werken en talent is bij hem heel erg bijzonder. Racen is voor hem gewoon het enige wat telt. Volgens mij heeft hij privé ook niet heel veel andere interesses. Dat is vrij bijzonder.’

Alles voor de autosport

Als coureurs gingen Van der Zande en Alonso ook naast het circuit met elkaar om, en logischerwijs wordt er dan af en toe een Budweiser of Coronatje gedronken. ‘Hij is heel serieus, maar je kan ook echt met hem lachen.’ Voor een biertje is op zijn tijd bij Alonso dus zeker ruimte, al wordt wel duidelijk dat zodra hij het circuit op gaat, zijn fanatisme het weer overneemt: ‘Het is wel het type coureur waar je een beetje mee kan ouwehoeren en lachen, maar als het over de wedstrijd gaat, staat hij er maar met één doel in, en dat is die wedstrijd winnen. Hij is niet onaardig verder, maar je gaat niet veel gezellige avonden met hem beleven. Hij staat gewoon synoniem aan autosport. Als je in de autosport iets wil, moet je hem bellen.’

Waarom Alonso wel en Vettel niet?

Het 2021-optreden van Alonso staat in schril contrast met het optreden van sommige van zijn generatiegenoten. Zo zat Räikkönen afgelopen jaar zeer duidelijk in de herfst van zijn carrière en wist bijvoorbeeld ook Sebastian Vettel zijn stempel op het seizoen niet te drukken gedurende zijn eerste jaar voor Aston Martin. Hoe kan het dat Vettel, die met vier wereldtitels statistisch gezien een succesvollere F1-carrière achter de rug heeft dan Alonso, dan toch die wowfactor mist die Alonso ook op veertigjarige leeftijd nog meeneemt naar de circuits? ‘Ik denk dat het puur die drive is.’

‘Je kan je voorstellen dat wanneer je ouder wordt, andere dingen een rol gaan spelen in je leven. Je krijgt een familie, je krijgt kinderen en andere bezigheden. Dat lijkt bij Alonso niet het geval te zijn. Hij is nog steeds alleen maar bezig met autosport en met races winnen, en dat zie je op het asfalt terug’, is Van der Zande van mening. Vettel sluit zich gedurende de winterstop volledig af van het F1-wereldje, doet niet aan social media en is gesteld op zijn privacy, en die van zijn gezin. Alonso maakt nuttig gebruik van zijn downtime door op de racefiets te stappen, eveneens een activiteit met een competitief randje. Het verschil in attitude wordt ook in de rustmomenten dus duidelijk.

Het schijnbaar betere trackrecord van Vettel ten opzichte van Alonso, daar is wel een verklaring voor, stelt Van der Zande: ‘In het verleden had je dat de verschillen tussen de auto’s heel groot waren. Als je Vettel in een snellere auto zet dan Alonso, moet Alonso wat later remmen om Vettel bij te houden, oftewel, dan maakt Alonso wat meer foutjes. Als Vettels auto de beste van de paddock is, is hij waarschijnlijk onverslaanbaar. Maar in een auto waarin hij wat later moet remmen om iemand bij te houden, is het ineens een hele matige coureur. In het verleden ging het toch wel heel erg om wie er in de betere auto reed. Ik hoop dat na de nieuwe reglementen de verschillen wat kleiner zijn. Dat zou heel mooi zijn.’

'Twee jaar geleden droogde ik tijdens de race uit omdat mijn drinkknopje niet meer werkte. Na drie uur racen zie je dan echt dubbel.'

Renger van der Zande

Van der Zande in de 12 uur van Sebring

Na Daytona is het voor Van der Zande zaak om zich te richten op het eerstvolgende evenement. In de vorm van de 12 uur van Sebring staat hem namelijk wederom een uitdaging op uithoudingsvermogen te wachten. ‘Ik zou hem heel graag willen winnen. Ik vind het een van de mooiste races in de wereld, het is een hele rauwe race op een hobbelig circuit en we hebben het qua paddock echt over oude meuk. Het is echter wel een hele bijzondere baan omdat er heel veel historie zit. Alle grote merken willen er winnen en het is echt wel een iconisch evenement. Vorig jaar lagen we aan de leiding met tien seconden toen een teamgenootje tegen een BMW aanreed en we dat moesten laten repareren. Ik ging zo ontzettend hard ook weer in die auto vorig jaar. Ik denk dat we een hele goede kans hebben om daar te scoren wanneer we het geluk aan onze zijde hebben’, voorspelt hij.

Enkele van de heren die er in Daytona bij waren, haken voor evenement nummer twee van het jaar af. ‘Dixon heeft een ovalrace in Texas. Die kan dus niet. Palou kan ook niet. Sébastien Bourdais rijdt mee en Ryan Hunter-Reay (IndyCar-kampioen van 2012, red.) stapt in. Die heeft Sebring al eens gewonnen.’ Wederom heeft Van der Zande dus twee teamgenoten op wie hij kan bouwen. Over een tijdsbestek van 12 uur deelt hij de bolide op Sebring International Raceway met twee teamgenoten, in plaats van met drie, zoals in Daytona het geval was. ‘Ik vind met drie man altijd wel heel leuk. Je hebt in die races ook minder mensen om rekening mee te houden.’

Sebring is een van de zwaarste races van Van der Zande’s kalender. ‘Het is een stuk warmer (dan Daytona, red.). Ik denk dat je in Sebring als coureur ook echt veel meer naar de klote gaat. Het is qua intensiteit wel echt een groot verschil, de auto heeft namelijk ook geen airconditioning. Twee jaar geleden droogde ik tijdens de race uit omdat mijn drinkknopje niet meer werkte. Na drie uur racen zie je dan echt dubbel. Ik stapte uit met een vorm van uitdroging, dat is wel een serieuze zaak. Het is een van de races waar ik het hardst voor moet trainen.’ Dat harde trainen gebeurt door binnen op de racefiets de intensiteit wat te verhogen, en zo conditioneel volledig op peil te zijn voor de nieuwe uitdaging.

De 12 uur van Sebring wordt in het weekend van de Grand Prix van Bahrein verreden. Op vrijdag 18 maart 15.15u wordt er gekwalificeerd, gevolgd door de race op zaterdag. Wegens het tijdsverschil tussen Amerika en Nederland begint het evenement laat in de middag, en loopt het door tot diep in de nacht. 16.00u start de wedstrijd en 12 uur later, om 04.00u ’s nachts op zondag, valt de race in het slot. Met Van der Zande als een potentiële kandidaat voor de eindzege is het in ieder geval zeker de moeite waard om de zondagochtend vrij te houden, en aan de vooravond van het Formule 1-seizoen de endurancerace mee te pakken. Wellicht dat we in 2022 de eerste Nederlandse Sebring-winnaar krijgen sinds Arie Luyendyk, die hem in 1989 won. (Hoofdfoto: Courtesy of IMSA)

Door: Christian Moerman | Twitter: @ChristianMoerm1

Plaats reactie

666

0 reacties

Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.

Bekijk alle reacties

Meer nieuws