Het team van Haas heeft het dit seizoen erg lastig. In de kwalificaties gaat het vaak heel goed, maar in de races zijn Kevin Magnussen en Nico Hülkenberg meestal in geen velden of wegen te bekennen. Dit leidt tot frustratie bij teambaas Günther Steiner, maar ook Magnussen is er inmiddels wel een beetje klaar mee. Het team lijkt nog geen idee te hebben wat er fout gaat.
Het is al verschillende keren voorgekomen dit seizoen dat een van de Haas-coureurs in de top zes mag starten, maar een dag later geen moment in aanmerking komt voor een puntenfinish. 'We zijn nu hard aan het onderzoeken wat precies het probleem is. We begrijpen wel wat de gevolgen van onze problemen zijn, maar we moeten op zoek gaan naar de oorzaak van het probleem. Dat is het lastige deel', vertelt de 30-jarige Deen. Aangezien Haas nog niet lijkt te weten wat de oorzaak van de problemen is, lijkt een oplossing ver weg te zijn.
In 2019 maakte Haas soortgelijke problemen mee, en ook toen reed Magnussen voor het team. 'Het is makkelijk om veel vergelijkingen te trekken met het 2019-seizoen, omdat we toen ook sterk waren in de kwalificaties en zwak in de races, maar het is moeilijk om te zeggen dat het dezelfde oorzaken heeft', zegt Magnussen in gesprek met onder meer F1Maximaal. 'Het voelt nu anders aan, en we moeten op zoek naar het probleem om dat op te lossen.'
Probleem niet makkelijk op te lossen
Waar Ferrari soortgelijke problemen heeft, en teambaas Frédéric Vasseur het positief in blijft zien, is Magnussen beduidend negatiever in zijn verwachtingen. 'Als het alleen een probleem met de afstelling was.. Het voelt fundamenteler aan dan alleen een probleem met de afstelling', denkt de Deen. Als het probleem bij de auto zelf ligt, kan het veel tijd kosten voordat dit opgelost wordt, als dat überhaupt al mogelijk is dit jaar. 'We hebben nu echter totaal andere reglementen dan in 2019. We zien dezelfde symptomen, namelijk dat we snel zijn over een enkele ronde, maar dat onze banden erg snel slijten in de races. We hebben het lastiger in verkeer dan onze concurrenten. Als we in de vrije lucht rijden, gaat het min of meer zoals verwacht. Zodra we in het verkeer terechtkomen, of als er sprake is van veel slijtage, of als het hobbelig is, dan wordt het lastiger.'
Magnussen legt uit dat de vorm van Haas niet van weekend tot weekend varieert, maar zelfs van sessie tot sessie. 'Het verschil is te groot. Het varieert tijdens een weekend ook. Dan sta je achtste, en de volgende training sta je opeens achttiende, en vervolgens sta je weer tiende. Het raamwerk waarin onze auto werkt is enorm klein. Als het werkt, gaat het heel goed, en kunnen we ons bij de beste vijf kwalificeren, maar als het niet goed gaat, kunnen we er ook zomaar in Q1 uit liggen.' In het verleden ging het vaak goed voor Haas in Oostenrijk, met onder meer een vierde plek voor Romain Grosjean. 'Het is al een aantal keer zo geweest dat Oostenrijk onze beste race van het seizoen is, maar ik weet niet waardoor dat komt. Natuurlijk hoop ik dat het nu ook weer zo is', zegt Magnussen, zonder dat hij er zelf in lijkt te geloven.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties